Fred van Lieburg
Een eiland na
de Reformatie
5
i_
1
JAlLL*
Een eiland na de Reformatie
r-
Z
w
Z
1
Z
P
w
u
Schouwen-Duiveland
1572 -1700
b
D
u
18
Huib Uil
D
itl
ai
UJ
Q
H
W
Q
X
hJ
sa
ca
ai
X
W
P
LU
IS
«5
m
O
cC
D
D
r
UITGEVERIJ BERT BAKKER
In de eind 2010 gehouden 38ste Huizinga-
lezing sprak Lisa Jardine. Zij zei onder
meer: "Het belangrijkste doel van ge
schiedenis, schreef Huizinga toen (1943),
is om licht te werpen op en duidelijk
heid te krijgen over het heden.
'Geschiedenis is de geestelijke vorm,
waarin een cultuur zich rekenschap geeft
van haar verleden.' In elke periode
beslist een gemeenschap wat men als de
voornaamste normen ziet, zoekt men
naar die eigenschappen in het eigen ver
leden, en maakt men daar met verbeel
dingskracht een verhaal van dat zin en
betekenis verleent aan het hier en nu.
In een humane samenleving," zegt
Huizinga, "kan men het verhaal van het
eigen verleden met verve en verbeel
dingskracht vertellen, zodat we recht
streeks in verbinding komen met ge
wone mannen en vrouwen uit vroeger
tijden."
Die woorden komen in gedachten bij
het lezen van het nieuwe boek van Fred
van Lieburg. De Zeeuwen uit de zes
tiende en zeventiende eeuw, die gecon
fronteerd werden met grote verande
ringen op politiek en kerkelijk gebied,
spelen een prominente rol in deze publi
catie. In negen hoofdstukken belicht de
auteur de aspecten die te maken hadden
met deze enerverende periode. Hij heeft
daarbij vooral gebruikgemaakt van de
acta van de classis. Het boek is niet
alleen van belang voor Schouwen-
Duiveland. De veranderingen vonden
ook op de andere Zeeuwse eilanden
plaats en regelmatig maakt de auteur
uitstapjes.
De eerste openluchtpreek bij Noord-
gouwe in 1566 is het startpunt voor de
invoering van de reformatie die zijn
definitief beslag krijgt nadat de Spaanse
troepen in 1576 het eiland hebben ver
laten. De gereformeerde kerk groeide
gestaag tot ook hier in de zeventiende
eeuw het grootste deel van de bevolking
zich daarbij had aangesloten. Ook bij de
confessionele minderheden, de katholieken
en doopsgezinden, staat Van Lieburg stil.
Hij is erin geslaagd om greep te krijgen
op de kwantitatieve verhoudingen. Hij
komt tot een schatting van ongeveer
8000 gereformeerden, 1200 katholieken
en 300 doopsgezinden in het midden van
de zeventiende eeuw. Daarmee was het
eiland bijna volledig
protestants geworden.
Kerk en overheid
waren op elkaar aan
gewezen en daarom
wordt uitvoerig stil
gestaan bij het bestuur
van het eiland en
de rol die de stad
Zierikzee daarin
speelde. Uitgebreid
besteedt de auteur
aandacht aan de kerk
diensten en de vast
en bededagen. Het
kerkelijk leven wordt
verder belicht in de
toetreding tot de kerk
en de interne strubbe
lingen die werden
beslist op de Synode
van Dordrecht in
1618/1619. De tucht
oefening velen
aarzelden om die
reden tot toetreding
speelde een promi
nente rol. Dat gold
ook voor het op
treden van de predi
kanten ten aanzien van de publieke
zeden en de zondagsheiliging. In het
laatste hoofdstuk gaat Van Lieburg
uitvoerig in op de houding van de
Zeeuwse dominees ten aanzien van de
vredesonderhandelingen.
In zijn slotbeschouwing zet de auteur
vraagtekens bij de Nadere Reformatie
waarvan het begin op Schouwen-
Duiveland wordt gelokaliseerd en op
1608 wordt gedateerd. Van Lieburg wijst
erop dat de 'vader' van deze beweging,
Willem Teellinck, predikant in Haam
stede en Burgh en later te Middelburg,
en zijn navolgers de reformatie als een
dynamisch begrip hanteerden waarin de
term 'gereformeerd' een doorgaand pro
ces inhield. Van Lieburg wijst er terecht
op dat de gereformeerde kerk in veel
opzichten voortbouwde op de structuren
van de rooms-katholieke kerk, een
situatie die door de overheid werd ge
legitimeerd. De auteur ziet de Nadere
Reformatie niet meer en niet minder als
aspecten van de confessionalisering die
zich voltrok in de zeventiende eeuw.
Het boek belicht ook de rol van de
kerkgebouwen en de hernieuwde functie
die ze kregen met de predikant in plaats
van de pastoor op de preekstoel. De
kerkelijke rites kregen een nieuwe in
vulling maar anderzijds bleef veel bij het
oude. Zoals voorheen werden in de kerk
huwelijken gesloten en vonden de
bewoners hun laatste rustplaats in en
rond het gebouw dat zo'n centrale plaats
innam in het leven van de Zeeuwen.
Die positie, zo maakt het fraaie boek van
Fred van Lieburg duidelijk, zou nog lang
zo blijven. Daarmee geeft deze publicatie
inzicht in de wortels van het huidige
Zeeland. Voor de kennis van onze
provincie heeft dit boek dan ook grote
waarde.
Fred van Lieburg, Een eiland na de Reformatie.
Schouwen-Duiveland, 1572-1700, Uitgeverij Bert
Bakker, Amsterdam, ISBN 978 90 351 3344 O,
29,95. Het is verkrijgbaar in de boekhandel.