De ontdekking van kettingankers in de toren en hun functie In deel i is uitgebreid stil gestaan bij het inboeten van het metselwerk van de toren. Bij het uithakken van de voegen en de slechte stenen kwamen we zoge naamde kettingankers tegen. Deze ankers zijn tijdens de bouw van de toren in het metselwerk opgenomen om de horizon tale spatkrachten van de spits op te van gen. De krachten van de spitsconstructie worden ter plaatse van de voet verdeeld in een verticale kracht, een drukkracht die wordt opgevangen door de gemetsel de muren van de toren, en een horizon tale kracht de zogenaamde spatkracht. De spatkrachten zijn constructief moei lijker op te lossen in metselwerk dan drukkrachten. Juist op het hoogste punt van de metselwerkgevels is de toren het zwakst en doen zich de grootste spat krachten voor. De muurdikte en de steunberen zijn daar het minst zwaar uit gevoerd qua afmetingen. Bovendien zijn de gevels op deze plaats nog voorzien van galmgaten wat het metselwerk ook verzwakt. De spatkrachten zijn zijwaarts gerichte horizontale krachten die het metselwerk van de toren naar buiten drukken. Om dit te voorkomen, en in constructief opzicht op te vangen, zijn er kettingankers toegepast. De aanwezig heid van deze ankers was niet bekend. De kettingankers bestaan uit massief stalen staven van circa rond 40 mm die vanaf de buitenzijde ongeveer 250 mm Kettinganker, met links zichtbaar de knoop. Detail van de knoop met roestvorming. diep in het metselwerk zijn aangebracht. De ankers fungeren als wapening in de gevels. De ankerstaven bestaan per gevel uit één stuk en zijn ter plaatse van steun beren op de hoekpunten van de toren voorzien van een oog. De ankers lopen ter plaatse van de steunberen schuin achterlangs door het metselwerk, waar door een achthoekige ankervorm ontstaat. Ter plaatse van de hoek, waar twee oog punten samenkomen zijn deze verbonden door een staand anker. Dit is een stalen staaf die door de ogen is geplaatst en staand in het metselwerk in opgenomen. Hiermee is een sterke constructie ge creëerd die de spatkrachten kan opvangen en omzetten naar drukkrachten die vervolgens via het metselwerk naar de fundering worden geleid. In de toren zijn twee kettingankers aanwezig, waar van er één deels zichtbaar is ter plaatse van galmborden aan de bovenzijde van de galmgaten. Het andere, niet zichtbare kettinganker, is gesitueerd net boven de galmgaten. De houtconstructie en een aantal muurankers is gekoppeld aan de kettingankers. De problematiek rondom de kettingankers Ter plaatse van de kettingankers zijn er problemen in het metselwerk ontstaan. Door het oxideren van de kettingankers is door de roestvorming de buitenschil van het metselwerk losgedrukt van het overige metselwerk. Doordat het bestaan van de kettingankers onbekend was, moest eerst de ernst van de situatie in beeld gebracht worden. Hiertoe is, in overleg met constructeur J. de Voogd van gemeente Borsele, een plan van aan pak ontwikkeld door aannemingsbedrijf Leenhouts. In dit plan van aanpak is omschreven dat in de eerste instantie alleen de zichtbare schade in het metsel werk wordt weggehaald. Om de con structie niet in gevaar te brengen is voorts bepaald dat het metselwerk per muurvlak met vakken van maximaal 1,5 meter lang en zes lagen hoog om en om wordt weggehakt. Nadat inzicht is ver kregen in de staat van de kettingankers blijkt het beeld zeer wisselend te zijn. Op diverse plaatsen is de staat zeer slecht, terwijl op andere plaatsen nauwe lijks roestvorming is opgetreden. De vooraf ingeschatte situatie, daar waar zich in het metselwerk problemen vertonen de staat van de ankers slecht is, blijkt in de praktijk te kloppen. De ankers zijn Gedeelte van kettinganker wat nauwelijks is aangetast. Gedeelte van kettinganker dat zwaar is aan getast. het ergst aangetast ter plaatse van de galmgaten, met name de overgang van de plaats waar het vrij zichtbare anker in de muur verdwijnt. Hoe de kettingankers te restaureren? Als de staat van de ankers is geïnventa riseerd moet bepaald worden hoe de ankers gerestaureerd moeten worden. De ankers vervangen is vanuit verschillende oogpunten geen optie. Het merendeel van de ankers is in redelijke tot goede staat. De constructieve gevolgen bij ver vanging zijn moeilijk in te schatten en niet te overzien. Bovendien is het een zeer kostbare operatie, waarvoor geen financiële middelen beschikbaar zijn. Verder druist een dergelijke aanpak in tegen de grondbeginselen van een goede monumentenzorg, namelijk het principe 'behoud gaat voor nieuw'. Blijft over de restauratie van de bestaande ankers. De Proeflassen met rond- en stripstaai.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2011 | | pagina 4