4
Uit het archiefonderzoek blijkt dat de
gemeente Groede, en later de gemeente Oost
burg los van hoe het eigendom is geregeld,
in ieder geval vanaf 1741 een onderhouds
plicht voelde, ook al is geen archiefstuk aan
getroffen met afspraken over een dergelijke
onderhoudsplicht, voor de toren en uurwerk
van de N.H. kerk te Groede,6
Zes jaar na de raadpleging in 1970 werd
de rijksarchivaris door het gemeentebe
stuur van Oostburg opnieuw om zijn
zienswijze gevraagd. Nu ging het niet
alleen over de toren te Groede, maar
over Uw vraag bij wie het eigendomsrecht
van de verschillende kerktorens en luidklokkeu
van de Hervormde kerken in Uw gemeente
berust. Het is opmerkelijk dat rijksarchi
varis Scherft zich nu in zijn op 27
december 1976 opgesteld betoog uitslui
tend richtte op het bovengenoemde
advies van rnr. W.C. Borsius uit 1864.
De conclusie van Scherft was dan ook
duidelijk: Mr. Borsius veronderstelt, en hier
in zijn wij het ook geheel met hem eens, dat
de situatie zoals hij die voor Yzendijke heeft
uiteengezet voor alle kerktorens en klokken in
Zeeuws-Vlaanderen van toepassing is, mits er
in afzonderlijke gevallen geen andersluidende
overeenkomsten zijn gesloten.7
In zijn in 1997 verschenen proefschrift
Horizontale splitsing van eigendom besteedde
H.D. Ploeger in een apart hoofdstuk
uitvoerig en gedegen aandacht aan de
kerktorens. Hiervoor hield hij over de
eigendomsvraag een enquête onder alle
toenmalige Nederlandse gemeenten. Uit
het werk van Ploeger citeren we het
volgende:
Wat betreft de provincie Zeeland zijn de
resultaten uit Zeeuws- Vlaanderen opmer
kelijk. Van de zeven gemeenten in dit grens
gebied, reageerden vijf op de enquête.
Drie daarvan, Hulst, Sluis-Aardenburg en
Terneuzen, verklaarden inderdaad eigenaar te
zijn van een of meer torens. Oostburg stelde
voorts dat de torens formeel eigendom zijn
van de kerkgenootschappen, maar dat de
gemeente zich bereid heeft verklaard de onder
houdskosten te dragen voor zover die niet uit
andere middelen kunnen worden bekostigd.
Dit resultaat van de enquête is vreemd omdat
Zeeuws-Vlaanderen nooit deel van de
Bataafse Republiek is geweest. Het gebied
was reeds bij het Haagse vredesverdrag van
17Q5 aan Frankrijk afgestaan. Desondanks
lijkt men zich in genoemde gevallen wel in
de geest van art. 6 te zijn gaan gedragen.
Op welk moment dit is gebeurd is evenwel
onduidelijk.8
Al met al onduidelijkheid troef. Het
gevaar van opportunisme en willekeur
ligt dan al snel op de loer.
Gemeentelijke herindelingen
In West-Zeeuws-Vlaanderen heeft voor
al gedurende de laatste decennia enkele
keren een herindeling/samenvoeging van
burgerlijke gemeenten plaatsgevonden.
Daarvóór was de gemeente Sint Anna ter
Muiden al in 1880 toegevoegd aan de
gemeente Sluis. De gemeente Sint Kruis
was in 1941 toegevoegd aan de gemeente
Aardenburg.
In 1970 werden de gemeenten Cadzand,
Groede, Hoofdplaat, Nieuwvliet, Water
landkerkje en Yzendijke opgenomen in
de gemeente Oostburg. In hetzelfde jaar
werd Retranchement opgenomen in de
gemeente Sluis.
In 1995 kwam door samenvoeging van
de gemeenten Sluis en Aardenburg de
nieuwe gemeente Sluis-Aardenburg
tot stand. De plaatsen Aardenburg,
Retranchement, Sint Anna ter Muiden
en Sint Kruis ressorteerden hieronder.
Ten slotte werden in 2003 de in 1970
gevormde gemeente Oostburg en de in
1995 gevormde gemeente Sluis-Aarden
burg samengevoegd tot één gemeente.
Deze nieuwe gemeente, die uitgezonderd
de kanaalzone het hele westelijk deel van
Zeeuws-Vlaanderen omvat, kreeg
opnieuw de naam Sluis. De centrum
plaats met het gemeentehuis van Sluis is
Oostburg.
Van de twaalf in dit artikel ter sprake
komende torens bevinden zich er tien in
de gemeente Sluis, één in de gemeente
Terneuzen en één in de gemeente Hulst.
De herindelingen zijn in een aantal
gevallen van invloed geweest op de ver
houding tussen burgerlijke en kerkelijke
besturen op het terrein van afspraken
over eigendom en onderhoud van kerk
torens, luidklokken en uurwerken. Dit is
veroorzaakt door het feit dat de besturen
van de nieuw gevormde gemeenten in
een aantal gevallen van mening waren dat
(soms reeds lang) bestaande afspraken niet
onverkort gehandhaafd dienden te worden.
In de volgende paragrafen zullen wij aan
iedere uit de pre-revolutionaire periode
daterende en nu nog bestaande toren
aandacht besteden; eerst in alfabetische
volgorde tien torens in de gemeente
Sluis, daarna Biervliet in de gemeente
Terneuzen en ten slotte de toren van de
Sint Willibrordusbasiliek in de gemeente
Hulst. In een aantal gevallen betreft het
een toren die in de plaats van de oor
spronkelijke is gekomen.
Aardenburg, toren bij de N.H. kerk
(Sint Baafs).
Op de fundamenten van een verwoeste
romaanse kerk werd begin dertiende
eeuw een nieuwe kerk gebouwd.
Hiervan zijn schip, dwarspand en de
onderbouw van de toren nog overge
bleven. Uniek binnen de landsgrenzen,
want we zien hier het enige voorbeeld
van zuivere Scheldegotiek in Nederland.
Het enorme hallenkoor is een uitbrei
ding uit het midden van de veertiende
eeuw. De verhoudingsgewijs slanke
De Sint Baafskerk te Aardenburg.