r~n on 13 kerk een andere oriëntatie kreeg. Op basis van de resultaten van het bureauonderzoek werd geconcludeerd dat archeologische resten verwacht kon den worden die gerelateerd werden aan de voorganger van de huidige kerk en de begraafplaats. Deze archeologische ver wachting is getoetst door het booronder- zoek. Uit dit onderzoek bleek dat er inderdaad skeletresten in de ondergrond aanwezig waren. In alle boringen wer den skeletten op diverse niveaus aange boord. Daarnaast stuitten een aantal geplande boringen op stevig, ondoor dringbaar muurwerk. Met een prikstok is de richting van dit muurwerk gevolgd. Vermoedelijk zou het gaan om de fun deringen van de laatmiddeleeuwse paro chiekerk. Archeologisch proefsleuvenonderzoek Naar aanleiding van de resultaten van het vooronderzoek is de gemeente in over leg getreden met de initiatiefnemer van de bouwplannen. De aanwijzingen voor de aanwezigheid van een goed geconser veerde begraafplaats in de bodem en res ten van stevig muurwerk waren vol doende reden voor de gemeente om vervolgonderzoek te verlangen, indien de bouwplannen de bodem op deze diepte zou verstoren. Dit laatste was zeer waarschijnlijk omdat de resten zich op verschillende plekken binnen het plange bied al direct onder de bouwvoor bevonden. Tijdens het vervolgonderzoek dat in de vorm van een aantal proefsleu- ven zou moeten worden uitgevoerd kon worden geconstateerd in hoeverre de archeologische resten intact_zijn, wat de informatie- en zeldzaamheidswaarde ervan is en of de toekomstige ingreep de resten zou bedreigen. Voorafgaand aan het proefsleuvenonder zoek werd een Programma van Eisen opgesteld, waarin de eisen van de gemeente, onderzoeksvragen en strategie zijn opgenomen. In augustus 2011 startte ADC Archeoprojecten met het aanleg gen van de proefsleuven. Vrijwel direct na het verwijderen van de bouwvoor werd een bijzonder brede muur opge bouwd uit ruwe grote bakstenen zicht baar. Daarnaast werden bij het verdiepen van deze sleuf de eerste intacte skeletres ten aangetroffen. In de tweede proef- sleuf, getrapt aangelegd om een zo goed mogelijk beeld te krijgen van het gehele plangebied, werden op diverse niveaus skeletresten blootgelegd. Omdat dit sta dium van archeologisch onderzoek nog altijd een inventariserende fase betreft, waarbij moet worden bepaald of er spra ke is van archeologie en zo ja of de res ten van belang zijn voor onze kennis over het verleden, werd slechts getracht te ontdekken tot hoe diep de resten van de begraafplaats reikte. Alleen de skele tresten die hierbij niet bewaard konden blijven werden gedocumenteerd. Omdat onderzoek naar skeletmateriaal intensief en daardoor kostbaar is, werd het onder zoek zo beperkt mogelijk gehouden om deze vragen te kunnen beantwoorden. Hiervoor werd nauw samengewerkt met het uitvoerende bureau, de opdrachtge ver en de gemeente en diens archeolo gisch adviseur. Begravingen In het veld werd gebruik gemaakt van de kennis van een fysisch antropologe. Zij heeft het skeletmateriaal dat niet in de grond behouden kon blijven samen met de veldarcheologen van ADC voor zichtig blootgelegd en meegenomen voor nader onderzoek. Geconstateerd werd dat de meeste skeletresten die direct naast de stenen fundering van de kerk gevonden werden, toebehoorden aan kinderen en jongvolwassenen. Dit is een bijzonderheid, omdat binnen een begraafplaats vaak een hoek gereserveerd V Kadastrale kaart 1932 met puttenplan (uit PvE) ©ADC 201' Legenda I 1 I i I I I Overzicht alle sporen (uit ADC rapport) werd voor kinderen. Deze hoek wordt zelden bij archeologisch onderzoek aan getroffen. Op een dieper niveau werden op deze locatie wel skeletten van vol wassenen gevonden. Dit impliceert dat het gebruik binnen de begraafplaats gedurende de tijd werd aangepast. Ook in de getrapte proefsleuf werden diverse graven met resten van skeletten gevon den. In sommige gevallen was hier wel sprake van volwassenen. Opvallend was verder een volledig intact skelet van een jonge vrouw met een ske let van een pasgeboren baby gelegen op haar buik. Vermoedelijk zijn beide indi viduen tegelijk, mogelijk zelfs bij of kort na de bevalling, gestorven en samen in eeuwigheid te rusten gelegd. De locatie van dit graf was gelegen binnen de fun deringsmuren van de laatmiddeleeuwse voorganger van de Dorpskerk. Vermoedelijk waren zij in de kerk begraven. Het oudste skelet dat is onder zocht, dateert uit de eerste helft van de 15e eeuw. De begraafplaats is dus mini maal gedurende vijf eeuwen in gebruik geweest. De skeletten bij de Dorpskerk in Heinkenszand zijn bijzonder goed geconserveerd, zodat een paar interessan te wetenswaardigheden naar boven kon den worden gehaald. In totaal werden de resten van minimaal 23 individuen blootgelegd. Omdat het veldonderzoek een vooronderzoek betrof en volwaardi ge opgraving werden slechts elf individu-

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2013 | | pagina 13