Protestantse kerken - hun pracht en kracht Huibun
17
Van de eind vorig jaar overleden dr.
Regnerus Steensma (zie over hem het
'In memoriam' in het vorige Bulletin)
verscheen postuum een boek over de
interieurs van de protestantse kerken.
Vielen vooral de rooms-katholieke
aspecten van de oude kerken en het
gebruik van deze kerken binnen zijn stu
die- en onderzoeksterrein, ook op het
gebied van het protestantse gebruik was
Steensma een autoriteit. Justin E.A.
Kroesen heeft deze laatste publicatie van
Steensma bezorgd en ingeleid.
In het boek worden de protestantse ker
ken vanuit verschillende invalshoeken
belicht. Allereerst staat de auteur stil bij
de middeleeuwse kerken die geschikt
werden gemaakt voor de gereformeerde
eredienst. Aansluitend besteedt hij aan
dacht aan de kerkbouw voor de gerefor
meerden, doopsgezinden en luthersen.
Het boek is vooral gewijd aan de interi
eurs. Daarbij is het een goede aanvulling
op de publicatie van C.A. van Swigchem,
T. Brouwer en W. van Os over het pro
testantse kerkinterieur uit 1984.
De preekstoel, de omtuining ervan en
het orgelfront laten zien dat de inrichting
van protestantse kerken allesbehalve
sober was. De vele fraaie foto's laten zien
dat ons land talloze bekwame houtbe
werkers had. In hun werkstukken werd
de taal van de Bijbel verwerkt. Omdat
Steensma vooral een groot kenner was
van de kerken in Friesland en Groningen
komen die twee provincies het meest
uitgebreid aan bod. Dat Steensma ook
vele Zeeuwse kerken voor zijn onder
zoek bezocht, laat hij zien door bijvoor
beeld de orgelluiken van de Nieuwe
Kerk in Middelburg en de Maria
Magdalenakerk in Goes te beschrijven.
Omdat de voormalige katholieke kerken
vaak te groot waren voor de gerefor
meerde eredienst werden kunstzinnige
oplossingen gevonden om de interieurs
op te delen. Doksalen, hekken en heren-
banken werden daarvoor benut.
Steensma beschrijft de oplossing die
daarvoor in Nisse werd gevonden. De
grote ruimten boden gelegenheid om
graftombes en grafmonumenten op te
richten. Typisch protestants waren de
teksten op borden en muren, met vooral
de Tien Geboden en symbolen van Wet
en Evangelie. Steensma wijst op de fraaie
voorbeelden in Scherpenisse en Sint
Maartensdijk. Op de achterzijde van het
bord in Scherpenisse uit 1581 met de
Tien Geboden staan Bijbelverzen uit het
Nieuwe Testament met parallelle teksten
bij elk gebod. Een bord uit hetzelfde jaar
bevindt zich in de kerk van Tholen. Aan
de achterzijde daarvan staan drie teksten
uit het Nieuwe Testament, die betrek
king hebben op de verhouding tussen
wet en evangelie.
Steensma merkt de beschildering van het
schot in de kerk van Wemeldinge als bij
zonder en opmerkelijk aan. Daarop is
links het geven van de Tien Geboden
aan Mozes te zien en rechts de hemel
vaart van Christus. Andere teksten en
spreuken moesten de aandacht van de
kerkgangers vangen, zoals de tekst van
Psalm 122 op het schot tussen het koor
en het schip in Tholen waarin de blijd
schap van de kerkganger wordt omschre
ven. Andere teksten wekken op tot een
vroom en stichtelijk leven met Christus
als fundament en zaligmaker. Het laatste
hoofdstuk is gewijd aan wat de auteur
aanduidt als: 'Spiegel van de standen
maatschappij'. Daarin gaat het over
gebrandschilderde ramen, gildeborden,
rouwborden en de invloed van de adel.
Bijna alle foto's zijn van de auteur en
van een hoge kwaliteit. Ze maken het
boek tot een waar kijkgenoegen.
Steensma heeft in dit boek een belangrij
ke introductie gegeven van het protes
tantse kerkinterieur. Het boek nodigt uit
tot verdere studie, ook van het Zeeuwse
protestantse kerkinterieur.
Regnerus Steensma, Protestantse kerken
hun pracht en kracht, Gorredijk, Uitgeverij
Bornmeer, 2013, 270 p„ ISBN 978-90-
5615-294-9, 27,50.