15
Foto 2a. Hoewel West-Zeeuws-Vlaanderen een belangrijk concentratiegebied is wat wederop-
bouwkerken betreft, staan er elders in de provincie ook bijzondere exemplaren, zoals de Geer-
truidkerk (PKN) van Ouwerkerk, Schouwen-Duiveland. De kerk heeft een losstaande klokkentoren
en een prachtig helder interieur. (Foto Maarten van Schijndel.)
de markt' te zetten en vooral om de no
dige 'energie' op te wekken.
Toch was onderzoek het eerste waar het
project zich op richtte. Zo bestond er nog
geen helder beeld van de waarden van de
circa 70 wederopbouwkerken in Zeeland,
de kerken gebouwd in de periode tussen
1940 en 1970 (zie foto 2a en 2b).Juist
voor de gemeente Sluis was dit een cruci
aal gemis, omdat meer dan de helft van de
veertig kerken in deze gemeente in deze
periode is gebouwd. Daarbij zijn het over
het algemeen ook nog eens de eerste ker
ken die verdwijnen, omdat zij geen rijks-
status hebben (op één kerk in Zeeland
na, de RK kerk van Philippine, die door
minister Plasterk is aangewezen in het
kader van de 'top 100 van de wederop
bouw'). De cultuurhistorische waardering
heeft inmiddels aangetoond dat er veel
waarden in het geding zijn, van ambach
telijke kerken in traditionele trant zoals
de RK Kerk in IJzendijke, tot bijzondere
modernistische ontwerpen zoals de PKN
Kerk in Oostburg. Ook kent Zeeland een
unieke typologie van openluchtkerken
voor de toeristen. Deze kerken zijn in de
jaren vijftig van de twintigste eeuw op
instigatie van het bisdom gebouwd om
katholieke badgasten uit Brabant, Limburg
en het Ruhrgebied de mogelijkheid te
bieden op zondag de eredienst bij te wo
nen. Het aantal katholieke kerken was in
een hoofdzakelijk protestantse provincie
als Zeeland immers maar dun gezaaid.
Overigens had het Rijk door de aanwij
zing van de kern Oostburg als een van
de dertig belangrijkste wederopbouwge-
zichten van Nederland al een belangrijke
aanwijzing gegeven voor het belang van
de wederopbouwarchitectuur in de ge
meente Sluis. Deze 'top 30' werd opgezet
als onderdeel van een andere pijler van
de VER, architectuur en stedenbouw uit
de wederopbouwperiode. Door de hele
provincie door te lichten, kon er ook een
kader worden geschetst waartegen de ker
ken in de gemeente Sluis konden worden
afgezet. De vele verwoestingen ten tijde
van de Tweede Wereldoorlog maken van
West-Zeeuws-Vlaanderen een concentra
tiegebied van deze architectuur, waardoor
deze stap noodzakelijk was. De andere
onderzoeken hebben zich alleen tot de
gemeente Sluis beperkt.
De technische staat is een ander relevant
gegeven dat meeweegt in de afweging
die gemaakt moet worden. Aan de hand
van de methodiek van de Rijksgebou
wendienst zijn bijna alle veertig kerken
nauwkeurig onderzocht. Sommige kerken
blijken er betrekkelijk slecht voor te staan,
terwijl anderen moeiteloos getransfor
meerd kunnen worden zonder extra veel
kosten te maken voor broodnodig herstel.
Deze variabele is met name voor het
beleidsproces en het bijbehorende kos
tenaspect van belang. Over het algemeen
verkeren kerken die reeds zijn herbe
stemd in de beste staat van onderhoud,
gevolgd door de protestantse kerken. De
katholieke kerken blijken met de meeste
onderhoudsachterstanden te kampen.
Mogelijke verklaringen liggen in de cen
trale aansturing (een zekere afstand tussen
het bisdom en de lokale parochies), de
gemiddelde grootte van katholieke kerken
en de rijkere (lees: onderhoudsgevoeli
gere) ornamentiek.
Financiën speelden de hoofdrol in een
onderzoek naar de exploitatiemoge
lijkheden van de kerkgebouwen. Er is
gekeken naar de verschillen tussen de
inkomsten en de uitgaven die nodig zijn
om het gebouw op orde te houden. De
Foto 2b. Zicht op het interieur van de Geertruidkerk (PKN) van Ouwerkerk. (Foto Maarten van
Schijndel.)