Herenbanken voor in de kerk voor aanvang van de restauratie.
brokstukken zijn te bezichtigen in de
kerk.
De huidige kruisbloem is gebeeldhouwd
uit een witte natuursteen zodat schilderen
niet nodig is en voor schade door vorst
niet gevreesd hoeft te worden. De bloem
is vervaardigd door Pieter van Staveren;
beeldhouwer te Kwadendamme. Hij heeft
ook de kruisbloem geplaatst. Daarbij
stond hij in een hoogwerker die hem over
het bijgebouw heen tot aan de geveltop
van de kerk bracht. Tegelijkertijd werd
de kruisbloem zelf met een takel naar de
top gehesen. Een gevaarlijk karwei omdat
onoordeelkundig hijsen de zware kruis
bloem tot een sloopbal zou maken die
zowel het gebouw als Pieter kon raken. De
hijskraanmachinist was echter zeer vak
kundig en hees de kruisbloem feilloos op
zijn plaats zonder dat de kruisbloem daar
bij noemenswaardige slingerbewegingen
maakte. Van het plaatsen werd live verslag
gedaan door Omroep Zeeland.
Interieur: Hardstenen vloer
Een deel van de vloer in de kerk, vooraan
bij de kansel was afgedekt met beton.
Door het beton was een zwarte kleurstof
gemengd om de kleur te laten aansluiten
bij het hardsteen van de gangpaden en de
grafzerken. Deze kleurstof is met de jaren
grotendeels verdwenen (door het vele
schoonmaakwerk?). Het beton werd weg
gebroken. Daaronder werd een vloer met
plavuizen aangetroffen van keramische
tegels, afgewisseld met enkele hardstenen
plavuizen. Over een vrij groot oppervlak
was de beton goed aan de plavuizen ge
hecht. Tussen de consistorie, de centrale
grafzerk en het linker gangpad had het
beton niet op de plavuizen aangehecht.
Het beton kon daar eenvoudig verwijderd
worden terwijl de plavuizen bleven liggen.
Toen werd duidelijk dat het een bijzonder
fraaie vloer betrof die door het beton
was afgedekt. De plavuizen bleken helaas
heel bros geworden en ongeschikt om te
worden hergebruikt als definitieve vloer.
Besloten is om de oorspronkelijke vloer
in situ te laten en af te dekken met Bel
gisch hardsteen. Dit past niet binnen de
gedachte van het tonen van de oorspron
kelijke bouwelementen. Hier moest echter
een concessie gedaan worden vanwege de
bruikbaarheid van het gebouw.
De hardstenen kerkdallen die gebruikt
zijn voor de restauratie van de vloer, zijn
allemaal antieke stenen die met de hand
gekapt zijn. In het midden zijn zij dik
(afhankelijk van het formaat 5 tot 10 cm
dik) aan de zijkanten lopen de dallen bijna
messcherp toe. De dallen laten de zestien
de- en achttiende-eeuwse grafzerken mooi
tot hun recht komen.
Bij het wegbreken van het beton kwamen
ook de altaarsteen en de kelder te voor
schijn. Daarbij werden ook nog gaten in
de vloer onder het beton gevonden die
aangaven dat er voorheen houten palen
gestaan moeten hebben. De plaats van
die gaten doet vermoeden dat het om het
hekwerk van de voormalige kerkentuin
gaat. De plaats (midden in de huidige
gangpaden) doet ook vermoeden dat de
opstelling van de banken in het verleden
anders is geweest.
Interieur: Kerkbanken
De kerk heeft een bijzondere opstelling
van kerkbanken. In het midden bevindt
zich een brede rij met banken waarlangs
twee toegangspaden naar voren leiden.
De rugleuningen van de banken vormen
de lessenaars van de banken erachter. Elke
bank is aan weerszijden afgesloten met
een klein deurtje. De deurtjes gaan dicht
met een klosje. De huidige banken zijn
allen met elkaar verbonden door lange
houten liggers die in de lengterichting
van de kerk lopen. Deze liggers worden
ondersteund door stapeltjes (keramische)
plavuizen om te voorkomen dat de balken
in contact komen met het zand van de
vloer. Het betreft zeer veel plavuizen, wat
erop zou kunnen duiden dat de kerkvloer
voorheen helemaal bedekt is geweest met
plavuizen in plaats van met de hardstenen
kerkdallen.
Langs beide lange zijden zijn tegen de
wanden banken en lessenaars geplaatst
in de lengterichting van de wanden. De
kijkrichting van deze banken is haaks op
de banken in het midden. De zijbanken
zijn toegankelijk via kleine deurtjes in de
lessenaars. De deurtjes hebben smeedij
zeren handvaten die fraai bewerkt zijn;
het zijn kleine handjes die een gedraaid
grijpgedeelte omvatten. Het leesgedeelte
van de lessenaar moet opgeklapt worden
om toegang te verkrijgen tot deze zijban
ken. Nadat er is plaatsgenomen kan het
leesgedeelte van het lessenaardeurtje weer
worden neergeklapt. Zodoende werd
geen ruimte verspeeld en was er ook een
zitplaats achter elk deurtje. Voorin de
kerk bij de kansel waren deze, in de lengte
geplaatste, banken voorzien van een over
kapping of hemel. Het plafond was van
glas en er waren lampen bij beide banken
aangebracht. Dit werden de herenbanken
genoemd. De overkappingen en hun
achterzijde dekten een deel van de ramen
af. Het was onmogelijk de ramen achter
de banken schoon te maken en voorin
de kerk was het een stuk donkerder dan
heden het geval is. Er is voor gekozen deze
overkappingen niet terug te brengen.
Hoewel de banken oncomfortabel zijn
en een vaste opstelling kennen (die het
gebruik van de kerk beperkt) is er voor
gekozen de banken te behouden en op
nieuw te schilderen. De sfeer van de kerk
wordt voor een belangrijk deel bepaald
door de banken. Omdat overal elders
kerkbanken in hoog tempo uit de kerkin
terieurs verdwijnen wordt de museale en
cultuurhistorische waarde van de banken
steeds groter.