De achtkantige Geertruidkerk in Ouwerkerk (Schouwen-Duiveland) is een voorbeeld van een kerkgebouw met bijzondere interieurwaarden, waar onder orgeltribune, spreuken en lichtwerking (bron: SCEZ). De hoge zeldzaamheid en bijzondere cultuurhistorische waarde zouden een enkelvoudige of wellicht zelfs een seriële aanwijzing van Haamstede, Dishoek, Cadzand en Zoutelande (en eventueel Westkapelle) moeten billijken. Een andere overdenking betreft het belang van nood kerken. Vanuit de aard van hun functie eenvoudige kerkgebouwen die vrijwel nooit een monumentenstatus hebben bereikt, maar cultuurhistorisch wel van belang zijn en bovendien erg zeldzaam. Sommige kerken zijn alleen al vanwege hun ruimtelijke setting van groot belang, zoals de Sint Eligiuskerk in Oostburg (onderdeel wederopbouwgezicht) en de beeldbepalende PKN-kerk van Elle- woutsdijk. Andere kerken voor welke een monumentenstatus niet zou misstaan zijn de kerken van Schoondijke, de RK-kerk van Terneuzen van Siebers en Van Dael, de modernistische dorpskerk van Anna Jacobapolder van Steen en Tuinhof en de kerk van Gereformeerde Gemeenten in Nederland te Arnemuiden. Deze status biedt geen garantie voor behoud, maar kan in ieder geval voorkomen dat zij zon der belangenafweging ongemerkt uit het straatbeeld verdwijnen. Burgers mede aan zet Sommige kerkbesturen van wederop- bouwkerken zijn al heel nadrukkelijk actief om 'hun' kerk midden in de samenleving te positioneren door ook buiten de diensten om veel opengesteld te zijn en daarmee hun zichtbaarheid in de samenleving te vergroten. De RK-kerk van Breskens is hier een duidelijk voorbeeld van, maar ook de kerken in Oostburg en de RK-kerk van Middelburg zijn geregeld buiten de diensten of de missen open gesteld voor publiek. Daarbij is het van belang dat kerkeigenaren meer toekomst gericht gaan denken. Wat willen ze met het gebouw, maar ook: hoe zien ze de toekomst over 5 of 10 jaar? Niet alle kerkgenootschappen groeien meer, sommige fuseren en stoten kerkge bouwen af en soms zijn er andere redenen waarom een gebouw aan het gebruik wordt onttrokken. Voor dergelijke kerken moet nauwkeurig in kaart gebracht wor den wat hun maatschappelijke meerwaar de zou kunnen zijn. Zij moeten als het ware opnieuw 'gedefinieerd' worden. Een kerk kan door bijvoorbeeld een centrale ligging in een wijk of stad een ideale plek zijn voor het bundelen van voorzieningen met een nadrukkelijke ontmoetingsfunc tie. In andere gevallen zou een commer ciële functie (horeca) of woonfunctie kunnen passen. Pas als die maatschappe lijke meerwaarde echt niet gevonden kan worden, zou sloop een optie kunnen zijn. Daarbij is een allesbepalende keuze tussen behoud/bescherming of sloop bovendien onwenselijk. Het is belangrijk om ruimte te houden voor interventies waarbij zowel behoud, ontwikkeling als partiële sloop aan de orde kunnen zijn. Wederopbouw- kerken zijn over het algemeen robuuste kerken die wel een stootje kunnen hebben, hoewel dit niet geldt voor iedere kerk (zie afbeelding 4). Bovendien is niet alles aan een kerkgebouw van even grote waarde. Daarnaast is het te hopen dat gemeenten beleid gaan ontwikkelen voor wederop bouwarchitectuur, waaronder kerkgebou wen. Waarden en betekenis dienen breed onder de aandacht gebracht te worden bij burgers en beleidsmakers. Met het opge leverde onderzoek als onderlegger hebben gemeenten, kerkbesturen en maatschap pelijke groeperingen een goed instrument in handen om verantwoorde keuzes te maken. Over de auteur: David Koren is sinds 2003 werkzaam als adviseur cultuurhistorie en monumenten bij de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland. Daar was hij o.a. project leider van het project 'Kerk, Krimp en kans. Impuls voor West-Zeeuws-Vlaanderen'. De waardestelling van alle wederopbouwkerken was één van de deelprojecten binnen dit project. Noten 1Het rapport is te downloaden van de site van de SCEZ, zie: http://www.seez.n1/4/ monumenten/44/monumenten/707/ waardestelling-wederopbouwkerken. 2. Het Rijk heeft echter een aanwijzingsstop afgekondigd en wijst alleen nog maar bij hoge uitzondering - via speciale thema programma's - aan. Het zijn dus vooral de gemeenten die de bal kunnen oppakken en kerken kunnen aanwijzen als (gemeentelijk) monument. 3. Deze zijn vooral in Zeeland gebouwd, als onderdeel van een speciaal bouwprogram ma van het bisdom om bedehuizen voor de katholieke badgasten in deze protestantse provincie te realiseren. Buiten Zeeland zijn er nog enkele andere voorbeelden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2017 | | pagina 5