f r de XII Artikelen des Christelijken Geloofs. Ik geloof in God,den Yader.den Almagtige.Schepper des hemels en der aarde; En in Jezus Christus,Zijnen eenig geboren Zoon.onzen HEERi Die oim angen is van denheiligen Geest.geboren uit de maagd Maria; j Diegeleden heeftonderPontiusPilatus.is gekruist,ge storven enbegraven,nedergedaald terhelle- Ten derden dage weder opgestaan van den dood: Opgevaren ten hemel,zittende ter regterhand Gods, des Almagtigen Vaders: Vhn waarrlij komen zal om te oordeelendelevendenendodoodeir Ik geloof in den heiligen Geest: Ikgeloofeeneheilige algemeene Christelijke kerk ge. meenschapderheifiöe.Vérgcvingder zonde Weder opstanding des vleesches. En een eeuwig Ievën._ r-"1 20 Wemeldinge, is van grote betekenis voor de kerk en de dorpsgemeenschap geweest. De kerkenraad schrijft: ...soo voor sig zelfs als uit naam van alle de ledemaaten onser gemeijnte om UHoogEd. volgens pligtschuldigheid van herten dank te seggen voor de bijsondere blijken van genegentheid, versoghens, als ook nu dat op UHoog Ed. instantelijke order, ter bevordering van den uitwendigen godsdienst en tot wegneeminge van veelvuldige klagten der opkoomende ledemaaten, en van andere, die om niet ter kerk te koomen, de koude tot een voorwendsel stelden, de kerk lastig tot het predikwerk en wegens de koude ongemakkelijk, van het koor word afgeschut. Het ging om de afschutting van het koor met een schot en de plankjes tussen de spijlen van het hek. Met een grote mate van waarschijnlijkheid kunnen we stellen dat het uit de katholieke periode daterende koorhek in Wemeldinge in stand is gebleven en vanaf 1746 als onderdeel van het koorschot dienst heeft gedaan. Bij de restauratie in 1898 is een grondige opknapbeurt uitgevoerd.13' Ook van het koorschot in de Nicolaaskerk te Brouwershaven is het jaar van plaatsing bekend. Was in Wemeldinge de ambachtsheer de gulle gever, in Brouwershaven was de predikant Martinus Westerhout de goede genius. Op zijn kosten werd in 1779 de scheidingswand tussen de preekkerk en het koor aangebracht. Tijdens de restauratie van de kerk gedurende de jaren 1956-1962 werd het koorschot verwijderd. Om te voorkomen dat De Maartenskerk te Baarland met als afsluiting van de preekkerk het beschilderde koorschot. (Foto Piet Grim.) daardoor een te grote holle ruimte zou ontstaan heeft men er toen voor gekozen om op de plaats van het koorschot een drie meter hoge houten wand aan te brengen.14' Waarom een koorschot Was in de katholieke kerk het koorhek of het doksaal onvoorwaardelijk met het liturgisch gebeuren verbonden, na de Reformatie was dat geheel anders. Voor de gereformeerde kerkmeesters was zakelijk en pragmatisch handelen het devies. Er konden meerdere redenen zijn om het koor definitief van de preekkerk af te De Apostolische geloofsbelijdenis, één van de teksten die zijn aangebracht op het koorschot in de Maartenskerk te Baarland. (Foto T. Lepoeter-Boes.) scheiden. De ruimte in de oude kerken was in totaliteit vaak veel te groot in relatie tot het aantal kerkgangers. In de winterperiode was het, ook doordat de gebouwen onnodig hoogwaren, koud en tochtig. Van enige vorm van verwarming van het gebouw was nog geen sprake. Een degelijke afsluiting van het koor gaf dan een merkbare verbetering van het comfort. De onderhoudskosten speelden een belangrijke rol. Het afgesloten koor kon in feite min of meer verwaarloosd worden. Na de afsluiting werd het koor in vele gevallen verhuurd als schoollokaal, opslagruimte of werkplaats. Uit de huurpenningen kon het minimale onderhoud aan dit deel van de kerk ruimschoots betaald worden. Daarnaast, of in samenhang daarmee heeft in een aantal gevallen de wens om te moderniseren een rol gespeeld. Een kerk met koor en eventueel transepten was niet bepaald het ideale interieur. De voorkeur ging uit naar een overzichtelijke ruimte, helder en gelijkmatig belicht. Een deftig aangeklede kerkzaal bijvoorbeeld, waarin de vormen en kleuren van het meubilair en de stoffering op elkaar waren afgestemd en eenheid was nagestreefd. Een houten koorafsluiting droeg ertoe bij om een dergelijke besloten kerkruimte te verwezenlijken. Het is ook min of meer vanzelfsprekend dat kerkmeesters in verschillende plaatsen elkaar in deze modetrend navolgden.15'

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2017 | | pagina 20