Glansrijke avonturen 22 Jeroen van Westen en Anne Ausloos Westelijke zijde van de kerk met de preekstoel en tekstborden, circa 2008 (Collectie Gemeentearchief Schouwen-Duiveland, Zierikzee, ZNM 0220.) Epiloog De hervormde kerk te Zonnemaire is een fraai voorbeeld van de kerkbouw in de tweede helft van de negentiende eeuw. De zaalkerk in ingetogen neoclassicistische stijl leverde een eigentijds kerkgebouw op in een sobere maar tegelijk smaakvolle uitvoering. De toren met zogenaamde frontalen (driehoekige bouwdelen), vier pinakels en een achtzijdige spits geven het geheel een eigen kenmerk. Een kant tekening is te maken bij de omvang van de kerk, die groot is in verhouding tot de kleine dorpsring. Bovendien is de grond rond de kerk aan de west-, noord- en oost zijde bebouwd. Van binnen is de kerk nog grotendeels hetzelfde. De dooptuin is in 1966 ver dwenen. Van het hout werden een avond maalstafel en een doopvont vervaardigd. Het interieur werd in 1997 en de daarop volgende jaren gerenoveerd. De oorspron kelijke banken in het midden van de kerk zijn verwijderd. Vanaf2000/2001 staan er banken, afkomstig uit de Laurenskerk in Rotterdam. Ook werd nieuwe vloerbedek king aangebracht. De heteluchtverwar- ming uit 1967, die schadelijk was voor het orgel, werd vervangen door een beter verwarmingssysteem. De consistorie, waarschijnlijk gebouwd in de tweede helft van de achttiende eeuw, werd in 1955 vervangen door de huidige. De toren werd in 2015 gerestaureerd door de gemeente Schouwen-Duiveland. Bij die gelegenheid werd de haan op de nok van het dak weer teruggeplaatst op de spits van de toren. Tot 1960 bleef een orgeltrapper actief toen een windmachine dit karwei overnam..Wel bleef het trap- mechaniek gehandhaafd. Het orgel werd geheel gerestaureerd in 2008-2009 door Elbertsen Orgelmakers te Soest. Het schil der- en verguldwerk werd verzorgd door SchildersbedrijfVan Zuydam uit Heilouw. Orgeladviseur Aart Bergwerffbespeelde het orgel bij de feestelijke ingebruikne ming op 28 oktober 2009. Dankzij allerlei acties, een groot aantal sponsors en een forse rijkssubsidie kon deze restauratie worden gefinancierd. Het kerkgebouw is geen rijksmonument, de preekstoel en, vanaf 2002, het orgel staan daarentegen wel op de rijksmonumentenlijst. Bronnen Gemeentearchief Schouwen-Duiveland, Ar chieven Hervormde gemeente te Zonnemaire, Notulen kerkvoogden en kerkvoogden met notabelen, 1866-1874; Archieven gemeente Zonnemaire, inv.nrs. 35 en 36 (Notulen ge meenteraad), 128 en 129 (Correspondentie 1867 en 1868). Zierikzeesche Nieuwsbode en Zierikzeescbe Cou rant1862-1868. Literatuur N.A. Deïst, 'Grafstenen gevonden in de kerk van Zonnemaire', in: Zonnemaire. Programma Koninginnedag 1999. N.A. Deïst, 'Grafstenen in de kerk van Zon nemaire II', in: Zonnemaire. Programma Konin ginnedag 2000. N.A. Deïst, 'Bedrijvigheid aan de zuidkant van de dorpsring', in: Zonnemaire. Programma Koninginnedag 2013. Wim van der Ros, 'Flaes-orgel in Zonnemaire gerestaureerd', in: De Orgelvriendjrg. 52, nr. 4, april 2010,6-10. W.G. Schaap, De Hervormde kerk in Zonnemai reZonnemaire 20052. L.M. Verseput, 'Hervormd Zonnemaire in vroeger dagen', in: Bulletin Werkgroep Historie en Archeologie van het Koninklijk Zeeuivsch Genootschap der Wetenschappenafl. 20, voorjaar 1974,32-37. H. Uil en G.C. Groenleer, De gemeente van huis uit. Een historische tocht langs de gemeentehuizen van Schouwen-Duiveland en Sint Philipsland, Zierikzee 1989. L.M. Verseput, 'Een negentiende-eeuwse Zeeuwse dorpspredikant. C.E Zeeman, domi nee te Zonnemaire van 1862-1904', in: Zeeland. Tijdschrift van het Koninklijk Zeeuivsch Genoot schap der Wetenschappenjrg. 17 (2008), 47-52. Inleiding Als de zon haar licht schijnt op een van de vele middeleeuwse kerkjes in Schouwen- Duiveland is de kans groot dat u een subtiele blauwgroene flikkering opmerkt in het steenrood oranje metselwerk. Eenmaal die glans opgemerkt ontdekt u waar schijnlijk meer glanzende bakstenen. Waarom en hoe zijn die pareltjes van stenen in al die zeetinten kennelijk achteloos verstrooid in de muren van die prachtige dorpskerkjes terecht gekomen? Was het een doelbewust plan van de middeleeuwse bouwheer of zijn de geglazuurde bakstenen een toevallig neveneffect voortkomend uit het middeleeuwse productieproces van bakstenen? Met deze vragen zijn wij, Jeroen van Westen, landschapskunstenaar en Anne Aus loos, keramiste aan de slag gegaan in het kader van een beeldend kunstproject. Dit project, Balanceren tussen Zoet Zout, is georganiseerd door kunstcentrum De Betvaerschole in Burgh-Haamstede. Een prachtig glanzende kloostermop in een middeleeuwse muur op Schouwen. Kloostermoppen en glazuur Middeleeuwse kerkjes zijn grotendeels opgetrokken uit kloostermoppen, een groter dan normaalformaat baksteen. Opgegroeid in Zeeland wist Jeroen al dat de glanzende kloostermoppen enkel terug te vinden zijn bij kerkjes dicht bij de Noordzeekusten. Uit vakliteratuur onder zoek bleek dat men veronderstelt dat die glans op de stenen werd bereikt door een zoutglazuur. Ook al is het zoutglazuurpro- cedé in de middeleeuwen ontstaan, Anne weet vanuit haar keramische chemische achtergrond dat zoutglazuur op de kloos termoppen onmogelijk is. Toch klinkt het zoutglazuur verhaal zeer aannemelijk in een kustgebied waar met de lokale zilte klei de kloostermoppen werden gevormd en vervolgens gebakken in veldovens die met zilte turf als brandstof werden gestookt. Kwam het zout uit de klei naar de oppervlakte van de baksteen, om daar in de hitte van de veldoven een spontane glazuurlaag te vormen, waar sommige ar cheologen en historici vanuit zijn gegaan? Of werd het zoutglazuur gevormd uit de zoute gasdampen die vrijkomen uit de turf waarmee de middeleeuwse steenbakkers stookten? Of was het eerder, zoals andere historici vermoeden, dat de de steenbak kers de stenen voor de stook in een zoute slib doopten die in de veldoven verglaasde tot een glazuurlaag? Ook dan blijft de vraag waarom zou de middeleeuwer die extra handelingen introduceren, om ver volgens het resultaat niet of nauwelijks aandacht te geven en de bijzondere stenen bij toeval te verdelen over de muur. Is er toeval of kunde in het spel? Het productieproces Het is duidelijk dat enkel literatuurstudie niet volstaat om deze vraag aan te pakken. We kiezen ervoor om het zo veel mogelijk als een ontdekkingsreis te zien en gaan voor een experimentele archeologische methode. Stap voor stap bootsen wij het productieproces van de kloostermop na, daarbij zo goed mogelijk rekening houdend met de omstandigheden van de middeleeuwse steenbakker. En die heeft het vakmanschap op zijn beurt geleerd van Cisterciënzer monniken. Bij iedere stap van het productieproces worden ook plaatselijke specialisten geraadpleegd. Bij het delven van lokale klei met en zonder zoutgehalte adviseert bodemkundige Bram Vercruysse. Bram leert ons het dyna misch bodemsysteem onder het maaiveld lezen, en onderwijst de microstructuur en het microleven van de kleibodem zodat de verschillende bodemstalen kunnen worden geïnterpreteerd. Dat helpt om de sterk uiteenlopende krimpprocessen van de gevormde kloostermoppen te begrij pen. Als onverwacht neveneffect levert juist het microleven in de bodemstalen wonderbaarlijke kleurrijke beelden op. Het bakproces Van alle stappen in het productieproces is het bakproces in middeleeuwse veld ovens wel het belangrijkste, maar ook het moeilijkste na te bootsen. Gemeen tearchivaris Huib Uil vertelt ons over de vele veldovens die ooit rondom Zierikzee hebben gestaan, maar waar verder weinig kennis over is. We gaan te rade bij Robert van Dierendonck, adviseur archeologie bij de Stichting Cultureel Erfgoed Zee land. We praten met Aagje Feldbrugge, conservator van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen die in haar studie heeft meegewerkt aan het opgraven van een middeleeuwse veldoven in Arnemuiden. In deze gesprekken wordt duidelijk dat de complexe werkelijkheid van vijf- tot zevenhonderd jaar geleden niet dicht genoeg te benaderen is. In een eerste stookpoging hebben we een dertigtal stenen gestookt in 24 uur, waar de middeleeuwers een veel grotere klamp stenen stookten in waarschijnlijk drie weken tijd. De zouthoudende turf waarmee hier aan de kusten werd gestookt in de veldovens hebben we vervangen door hout waar zeezout en zeewier aan is toegevoegd. Na 24 uur stoken moet er 24 uur gewacht worden tot de experimentele

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2018 | | pagina 12