Onderhoud aan de Hervormde kerk te Waterlandkerkje Kees de Jonge 22 Links; Een vergelijkbare combinatie van pijlen, vuurslag en schild met Jeru- zalemkruis is ook te vinden op het vroeg zestiende- eeuwse gewelf in de Grote Kerk te Naarden. Rechts: Beschilderde kolom in de Rode Kapel van de Sint Gertrudiskerk te Ber gen op Zoom, vermoedelijk eind zestiende-eeuws. W.H.P. Scholten, Muurschilderingen in Zeeuw se kerken, in; Bulletin Stichting Oude Zeeuwse Kerken1999. C.J.A.C. Peeters e.a., Bijdragen tot de geschie denis van de Sint-Gertrudiskerk, in; Bergen op Zoom gebouwd en beschouwd, 1987, p. 175-177, via Kerkcollectie digitaal, Catharijne convent. Jan van Tuin, De gewelfschilderingen in de Grote Kerk, in; De Omroeper, maart 2003, p. 9. http//stich tingvijverberg.nl/Downloads/ Omroeper_200301_LR.pdf). Inventaris Archief Sint-Maartensdijk. Noten 1. Kerkrekeningen 1596/1597, p. 5 en 6. 2. Archief Rijksdienst Cultureel Erfgoed {des tijds Rijksdienst voor Monumentenzorg). 3. Scholten, p. 7. 4. Van Ham 1989, p. 23-24. 5. Van Ham 2011. 6. In;'INVENTARIS VAN HET ARCHIEF VAN DE STAD EN GEMEENTE SINT MAARTENSDIJK 1577-1936' is het volgende gevonden; 'D. ARCHIEF VAN HET KLOVENIERSG1LDE, 1635 - 1644. In de jaren waarover de stukken van dit schuttersgilde lopen, waren de meeste oude officiers ende veele gildebroeders reeds overleden en niet door nieuwe vervangen, zodat de rekening alleen is opgemaakt tot decharge van den rendant en afgehoord door den drost van Sint-Maartensdijk als opperdeken, den burgemeester als gezwo rene en door den substituut-schout, het een en ander totdat by nieu octrooy offie andere gevouchelijcke herstellinge deser broederschap zalvoorsien zijn. Het laatste heeft echter nooit meer plaats gehad...' deze kolom had staan. Uiteraard moet daarbij bedacht worden dat dergelijke altaren katholiek waren en dat deze na de Reformatie vervielen, inclusief de bijbeho rende voorstellingen (die werden overge schilderd). De veronderstelling dat tegen de kolom een altaar heeft gestaan, zou kunnen betekenen dat aan de onderzijde geen of een afwijkende schildering aanwe zig was (in aansluiting op het altaar). Dit zou een verklaring kunnen zijn voor het vermoeden (bij de onderzoeken in 1976 en 2016) dat de onderste zone mogelijk een andere laagopbouw en een afwijkende tekening liet zien. Ook zijn bij deze on derzoeken restanten van rode verf aange troffen, mogelijk als achtergrondlaag. Schuttersgilde Dat er inderdaad een schuttersgilde in Sint-Maartensdijk bestaan moet hebben, blijkt uit een archiefinventarisatie van de stad en gemeente Sint-Maartensdijk. Daarin is sprake van het archief van een Kloveniersgilde uit de jaren 1635-1644.6 Dit schuttersgilde heeft in de eerste helft van de zeventiende eeuw opgehouden te bestaan. Dit neemt niet weg dat het juist daarvoor, in de zestiende eeuw, een actieve broederschap heeft kunnen zijn. Daarbij moet opgemerkt worden dat Sint Sebastiaansgilden over het algemeen voor de handboogschutters waren en dus geen kloveniersgilden. Deze bestonden pas na de uitvinding van het buskruit (een klover was een musketgeweer). Het kan echter zijn dat een Sebastiaansgilde waar eerst de handboog gehanteerd werd, overging in een kloveniersgilde. Dit gebeurde bij voorbeeld bij het Sebastiaansgilde in Den Haag. Tot slot Hoewel er dus weinig te vinden is over een Sebastiaansgilde in Sint-Maartensdijk, zou dit een plausibele verklaring voor de beschilderde kolom kunnen zijn. Nader onderzoek naar de schildering zou hier over mogelijk meer duidelijkheid kunnen bieden. Ook een verdere vergelijking met de voorbeelden in Bergen op Zoom en Antwerpen kan interessant zijn, ook voor meer informatie over de rode ondergrond. De auteur houdt zich aanbevolen voor alle extra informatie over dit onderwerp. Bronnen Willem van Ham, 'Raadsels' rondom een rode kapel in: De Waterscljans, 1 juni 1989, p. 18-25 (http://periodieken.westbrabantsar- chief.nl/issue/DWS/1989-06-01 /edition/0/ page/2) Willem van Ham, Het blazoen van Sint Sebas- tiaan, in; Gildekrant St Sebastiaan Bergen op Zoom Jaargang 212011-2012, p. 3-10 (http:// www.stsebastiaanboz.nl/krant/krant-2011-q4. pdf) Het kleine kerkje in Zeeuws-Vlaanderen is in 1674 gebouwd in de Generale Prins Willempolder die omstreeks 1650 werd aangelegd. De kerk die in 1708 door brand werd getroffen, is in 1713 herbouwd en later voorzien van een dakruiter. Het uur werk in deze dakruiter dateert van 1847. Het kerkje werd in de jaren 1956-1958 gerestaureerd. In 2001 werd het kerkje gekocht door de Stichting Oude Zeeuwse Kerken. In het gebouw wordt gekerkt door de protestantse streekgemeente de Verbinding en er worden regelmatig concerten in gehouden. Er zijn per jaar gemiddeld twee a drie begrafenissen en twee a vier huwelijken. Ook worden er tentoonstellingen gehou den, meestal gedurende een week en dan vooral in de zomermaanden. In 2006 was al sprake van een slechte staat van de constructie van de dakruiter op het dak. Een brandbrief destijds van de Stichting Oude Zeeuwse Kerken aan de Gemeente Sluis mocht toen echter nog geen soelaas bieden. Door een subsidie aanvraag aan het Rijk, de 'Subsidieregeling instandhouding monumenten' kwamen in 2011 de benodigde middelen beschikbaar via een 'Periodiek Instandhouding Plan' voor de jaren 2012 t/m 2017. In dit onderhoudsplan werden de priori teiten qua herstel verdeeld over de jaren. Met als meest urgent herstel de dakruiter, de steunberen aan de noordgevel en het herstel van het pleisterwerk aan de bin nenzijde van deze wand. De werkzaam heden werden uit het onderhoudsbestek gelicht en apart aanbesteed. Bouwbedrijf Van de Linde bleek de laagste inschrijver. Het herstel van de dakruiter bleek ingrij pend. Toen het torentje in de steiger stond kon bekeken worden in hoeverre het ver val was ingetreden. Het houtwerk was op een aantal plaatsen ingerot en werd, waar mogelijk, traditioneel hersteld met hout en met epoxy en fiberglasstaven. Loden bekledingen werden vervangen en het plat in de toren opnieuw bekleed. De leibe dekking van het spitsje werd vervangen. De bronzen klok in de dakruiter was ge scheurd. Door Koninklijke Eijsbouts werd de klok hersteld en het uurwerk weer op orde gebracht. Duivenwering werd aange bracht en de bliksemafleiders opnieuw ge monteerd. Als laatste is tenslotte de haan opnieuw verguld. AJ met al was het herstel van de dakruiter dus een hele klus." Niet alle benodigde herstel kon hierdoor binnen dit onderhoudsplan worden uit gevoerd. Onder diverse kerkvensters was scheurvorming (haarscheuren) in het pleisterwerk zichtbaar. Ook horizontaal was enige scheurvorming in de langsgevel aan de binnenzijde waarneembaar. Voeg werk van enkele afzaten (de afwaterende delen van steunberen) was uitgespoeld. Het voegwerk van de natuurstenen pla vuizen vloer in de kerkzaal kwam los of verzandde op enkele plaatsen en zo meer. Onderhoud houdt nooit op. Er is in 2017 dan ook opnieuw een sub sidieaanvraag ingediend voor de jaren 2018 t/m 2023 op basis van een Periodiek Instandhouding Plan. Ook dit plan is gehonoreerd en in de afgelopen maanden is door Aannemingsbedrijf Leenhouts de versleten bitumen bedekking van het lessenaardak van de consistorie vervangen door een zinken roevendak en is een groot deel van de kerkzaal opnieuw gestuka- De hervormde kerk met de aangebouwde consistorie. (Foto's: Rothuizen Architecten Stedenbouwkundigen.)

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2018 | | pagina 12