16
17
Klok
Opschriften
Jaartal
Doorsneê
(in M.)
C
Alexius Petit me fecit
A" 1766
1.13
D
1.015
E
-.925
F
Gegoten door A. H. van Bergen, Heiligerlee, Prov.
Groningen
1868
-.84
F#
Gemeente Goes
1913
-.745
G
Alexius Petit me fecit
A" 1766
-.74
G#
et Petrus Petit me fuderunt
A"1762
-.735
A
niets
-.655
A#
Gemeente Goes
-.58
B
Gegoten door A. H. van Bergen, Heiligerlee, Prov.
Groningen
1868
c
Alexius Petit me fecit
A°1766
c#
Petit et Fritsen me fuderunt
A" 1823
d
Alexius Petit me fecit
A" 1766
d#
Severinus van Aerschot Lovanii me refudit F.K.
A°1887
e
Severin van Aerschot Louvain Belgique "Gave Till
Frederiksborg synder daekke VT!"
1886
f
Alexius Petit me fecit
A"1766
f#
Petit et Fritsen me fuderunt
1823
g
S. van Aerschot Lovanii Belg me refudit F.K.
1887
g#
a
a#
b
Petit et Fritsen me fuderunt
1823
c
Andreas van den Gheyn
1789
c#
Alexius Petit me fecit
A°1766
d
A. v.d. Gheyn
1766
d#
e
f
f#
u
g
g#
Pagina 6
Klok
Opschriften
Jaartal
Doorsneê
(in M.)
a
A. v.d. Gheyn
1766
a#
b
c
niets
c#
A. v.d. Gheyn
1766
d
U it
d#
e
U it
f
niets
-.17
Aerschodt zijn mooi, het allermooist en
ook het zuiverst zijn die van v.d. Gheyn.
De bas-kant is niet mooi. De klokken van
v. Bergen zijn slecht.
De hoogte van den toren, tot aan het
klokkenspel schat ik op +- 40 Meter, meer
dan 50 in geen geval.
Gewicht der klokken kan ik niet opgeven.
De opschriften zijn letterlijk zoo opgeno
men. Voor de duidelijkheid heb ik ze niet
verkort, alleen de aanhaling als er eenige
dezelfde opschriften hebben.
Vele doorsneden kon ik niet meten, om
dat de ruimte zo klein is en alles vol dra
den van de hamers en klepels is.
Omtrent de toon, grondtoon: de grootste
C is op mijn harmonium (Fransch fabri
kaat) gelijk een F. Volgens de stemvork
F#. Deze C is de klok voor heel uur (slag
werk) en D voor halfuur.
Als bijzondere maat kan ik U nog opge
ven het volgende:
Pagina 7
genoemde groot C aldus: [Hier voegde
Vissers de tekening van de klokwand in
met de afmetingen, zie afbeelding 4].
Uit een oude: Instructie voorden Organist
en Klokkenist. Extract uit de Notulen van
Burgemeesters Raeden regeerders der
Stad Goes.
Zaturdagden 14 Juni 1760.
onder meer dit: spelen van 11-12 uur
Dinsdags en Zaturdags. 24 Juni, zijnde
den dag der Magistraats veranderinge: van
1-3 uur alsmede op de blijde maeltijden
der Schutters van 1-3 uur.
(hiervoor: als van ouds van elke schutterij
een Douceur ter Discretie van hoofdman en
Dekens). Dan nog: op den laesten April of
Mei-avond van 9-10 uur. En: eindelijk den
laesten Xber ofnieuwejaers nagt van 11
'A -12 }4 uur.
tractement: L Pond Vlaamsch) 33.6.8
(dus ongeveer 200,- gulden tegenwoor
dige munt.)12)
Gaarne hoop ik, dat, naar ik hier zoo vol
ledig als me mogelijk was U voorlichtte, U
er het nut uit zult kunnen trekken, dat U
er zich van voorstelde.
Pagina 8
Mocht ik in eenig opzicht nog van dienst
kunnen zijn, dan ben ik ten allen tijde
gereed voor U.
Met de meeste hoogachting.
(Was ondertekend) H. Vissers.
Afbeelding 5
Naschrift.
De ingesloten foto's ontving ik zoo even.
Daar bestond niets van, dus moest ik alles
laten maken. Op de achterzijde van elke
kaart een bijschrift ter duidelijkheid. Zeer
mooi zijn de foto's niet, maar er is bijna
geen plaats om eene opname te doen. Mis
schien later nog wel eene van de klokken
van dichtbij - er was nu te veel zon en het
toestel van den fotograaf te groot.
Het spelen is tegenwoordig: eiken Dins
dagvan 12-1 uur (marktdag), op de
verjaardagen van het Koninklijk Huis 's
morgens van 8 - 8 Vi en 's middags van
12-1 uur en in den nieuwjaarsnacht: van
11.45- 12.15 uur.
Noten
1. Stadsarchief Mechelen (SAM), Varia, nr.
894/3: Documenten uit de nalatenschap van
Edward de Keyser. De archiefdoos bevat een
schrift van Edward de Keyser met op het
eerste blad de notitie: Huidige toestand der
Beiaarden. Onderzoekin 1913-1914. Beko
men door omgezonden vragenlijst e.a. (werk
door de oorlog onderbroken).
2. L. Nys,JefDenyn. Identiteit in veelvoud, in
M. Beyen, L. Rombouts S. Vos (red.), De
Beiaard. Een politieke geschiedenis, Leuven,
2008, p. 89 - 91.
L. Rombouts, Zingend Brons. 500jaar
beiaardmuziek in de Lage Landen en de
Nieuwe Wereld, Leuven, 2010, p. 281 - 282
en 285.
3. De Eerste Wereldoorlog dwarsboomde de
plannen. De Mechelse Beiaardschool zou
effectief gesticht worden in 1922. Vandaag
(2018) is de Koninklijke Beiaardschool 'Jef
Denyn'aan de Bruul in Mechelen de oudste
én grootste beiaardschool ter wereld en een
bloeiend internationaal instituut Onder de
Hoge Bescherming van Hare Majesteit de
Koningin.
4. SAM, Varia, nr. 894/3, o.c.
5. Met mijn uitdrukkelijke dank aan drs. J.P.
de Jonge, eindredacteur van De Spuije,
tijdschrift van de Heemkundige Kring De
Bevelanden, voor de toezending van deze
biografische notities en voor de verwijzin
gen naar de krantenartikels, te raadplegen
via Krantenbankzeeland.nl (via e-mail op 30
augustus 2017).
6. H. Vissers, Aanteekeningen over het klokken
spel van den toren der St. Maria Magdalen-
akerk Groote Kerk) te Goes en van de andere
in Goes aanwezige klokken. Goes, 1935,
35 p.
7. Zie verder voor de geschiedenis van de bei
aard van Goes:
A. Loosjes, De torenmuziek in de Nederlan
den, Amsterdam, 1916, p. 3,91 en 92.
R. De Jong, A. Lehr R. De Waard, De
zingende torens van Nederland, uitgave van
de Nederlandse Klokkenspel-Vereniging
(losbladig), Zutphen, 1966: Goes - Maria
Magdalenatoren (publicatie febr. 1973).
A. Lehr, Van paardebel tot speelklok. De
geschiedenis van de klokgietkunst in de Lage
Landen, Zaltbommel, 1967, p. 80, 189,
238,249 e.v„ 279 en 282.
A. Lehr, W. Truyen G. Huybens, Bei
aardkunst in de Lage Landen, Tielt, 1991,
p. 184,186,187 en 267.
8. G. Van den Bergh, Chronologische lijst
van gediplomeerde oud-leerlingen, in W.
Godenne H. Joosen,Jubileumboek
1922-1972 - Koninklijke Beiaardschool 'Jef
Denyn' te Mechelen, Mechelen, 1973, p. 212
(onder nr. 66): Willem Harthoorn 1904)
studeerde op 19 juli 1950 af met onder
scheiding aan de Mechelse beiaardschool.
Hij was stadsbeiaardier van Goes en sinds
1966 van Zierikzee.
9. De Zeeuw van 16 oktober 1910 (p. 2)de
Nieuwe Zeeuwsche Courant van 7 oktober
1913 (p. 3) en de Goessche Courant van
16 oktober 1913 (p. 2), te raadplegen via
Krantenbankzeeland.nl.
10. A. Loosjes, o.c., p. 92.
11. A. Loosjes, o.c, p. 3, noteerde blijkbaar ten
onrechte als datum van de instructie 14 juni
1763.
H. Vissers, o.c., p. 27-29.
12. Tractement: loon, wedde. De bezoldiging
van de "organist en klokkenist" bedroeg in
1760 dus 33 pond 6 schellingen 8 pennin
gen groten Vlaams. In de Bourgondische
staat van de vijftiende-eeuwse Nederlanden
was het pond een rekenmunt waarvan het
240ste deel een reële zilveren munt was, die
de groot of halve stuiver werd genoemd.
Twaalf van deze zilverstukken maakten
één schelling uit, zodat 20 schellingen de
waarde hadden van één pond.