iMKGVU.ji.TjiN. .b VOGELTREK a In de broedtijd! bewoont een vogel als regel een betrekkelijk klein gebied. De kievit hoeft genoeg aan ©nkel.e akkers of weilanden. De koolmees komt niet uit zijn eigen bos te voorschijn. .Do meerkoet bewoont zijn eigen plas. Als de jongen uitgevlogen 1® binding met het kleine gebied meestal ver dwenen Sommige vogels blijven het hele jaar door in vrijwel hetzelfde gebied. Dit is wel groter dan het broedterritorlum, maar toch betrekkelijk beperkt.Voorbeel den van zulke standvogels syri huismus, koolmees en ekster. De meeste vogels trekken echter wel. Sommige soorten trekken niet ver. De grote lijster b.v. trokt naar het noorden van Frankrijk., doch de ooievaar en alle zwaluwsoorten trekken zelfs wel naar Centraal- en Zuid Afrika. Er zijn vogels die 's nachts trekken. Voorbeelden hiervan zijn: roodborsten -» lijsters - kleine zangsrt jeaIn de herfst kan men ze 's avonds horen. Ze trekken in groepen en roepen in de nacht voortdurend om zodoende in groepsverband te kunnen blijven. Andere soorten trekken overdag, zoals vinken, spreeuwen, piepers en leeuweriken. De herfsttrek begint eigenlijk al in juli en augustus als duizenden eenden naar Nederland komen om er te ruien. De hoofdtrek va.lt in september en oktober. Miljoenen vogels trekken den in groepen over ons land op weg naar West-Europa en Afrika Na de winter trekken de vogels naar de broedgebieden terug. De voorjaarstrek is echter niet opvallend als de herfsttrek. sRINGONDERZOEK» In 1911 begon het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie te Leiden voor weten schappelijke doeleinden in Nederland vogels te ringen. In 1958 i® dit werk overgenomen door het Vogeltreketationthans gevestigd in Arnhem. Het opschrift van de Nederlandse ringen iss Voge1trekstat.ton Arnhem 3.012.372 Holland 1 Arnhem-VT Hollend ^8K$ï m 81.304 Alle ringen dragen natuurlijk verschillende nummers. De maten van de ringen variëren van 2 mm doorsnee voor kleine zangvogels tot 28 mm voor zwanen. Het doel van het ringen van vogels is nadere inlichtingen te verkrijgen over hun. leven, in het 'bijzonder hun trekgswoonten De vinder is in dit ondersoek eau belangrijke schakel. - WAT TE DOEN MET EEN GEVONDEN VÖGBLRING= (alle vogelrlngen zijn welkom, ook die met oen ander adréob. v. uit het buitenland 1. richt uw terugmelding aan het 'V0GELTREKSTATION te ARNHEM die adres is vol doende 2. vermeld preoiss de plaatswaar de vogel gevonden werd; 3. vermeld de da turn van vinden; kvermeld hoe de vogel gevonden werd (dood - gewond - geschoten - ziek - skelet door kat gedood - vers docd - leng dood - alléén een poot met ring enz 5» als u denkt te weten welke vogelsoort hot is, voraneld dit dan ook. Iedere vinder krijgt van ons de volledige ringgegeven© van de vogel thuis gestuurd! -HOGE LEEFTIJDEN Uit het rlngonderzoek is gebleken dat meeuwen een zeer hoge leeftijd kun nen bereiken. De oudste Zilvermeeuw tot nu toe bekend is 32 jaar geworden. De oudste Kokmeeuw 30 jaar. Dat ook een Scholekster oudkan worden bewijst een mel ding uit MallumDuitslandwaar een Jk jaar oud exemplaar broedend werd aange troffen LITERATUUR OVER VOGELTREK» s. Vogeltrek en trekvogels door J.Drijver, Uitg. L.J.Veen te Amsterdam b. Vogels onderweg door L.Tinbergen, Uitg. Thieme en Cie te Zutphen o. Vogeltrek door G.J.van Oordt, Uitg. Brill, Leiden. Het Vogeltreksxation verleende ons toestemming bovenstaand stencil over te nemen® Gevonden ringen kunnen ook worden afgegeven bij de heren Haak te Hoek en üponselee te Hulst, die beiden medewerkers van het Vogeltrekstation zijn* ^ij beschikken over terugiaeldingsformulieren en dienstenvelopperw Aan de achterzijde van deze pagina drukken we een tweetal meldingen van ring- vondsten af® He tureluur is in de blaakman gevangen en de (versleten^ ^inse ring is vervangen door een Nederlandse» He vogel is dus weer losgelaten. He kluut is geringd bij het Groot Eiland en hetzelfde jaar nog gevangen in Frankrijk» Heze heeft uiteraard geen nieuwe ring omgekregen® Bovendien, als de ringinscripti.es .nog goed leesbaar zijn, is vervangen niet nodig. Hit kan ook alleen maar gebeuren door mensen in net bezit van Nederlandse ringen. 49 <3 j^J bawwwm

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1972 | | pagina 5