TORENVALK Gincls 7.4.75 regelmatig waargenomen tot max 5 gx (tot dec vnl in het 2u.id00s.tQn) Op 28.1.75 werd een "baltsend paartje warryeno'nien in de omgeving van een ekster- nost. Gindsdien constant 1 of r ex 00 en/of rond het nest waargenomen zodat eefi br o edge val verwacht kan worden. Enige nestkasten z:jn opgehangen om meer nest- gelegenheid te scheppen. GilSLLEKHN - Is binnen de grenzen van het terrein nog niet waargenomen, v/ol 1x 1 ex op 1 h2 f oven buiten het terrein R'pksweg 6ü - Absdaalse weg, h'ulst). STEENUIL Volgens jachtopziener Leyer broedt deze soort op het Groot Eilcmd (biotoop volop aanwezig). Begin september 1972 word door de heer BLekker in zpn boomgaard 2 weken lang 1 ex waargenomen. VELDUIL A 2 waarnemingen uit 1<;,72: In de zomer werd 1 ex waargenomen door L J Cr 11e en P Haas. Op 22.12.72 1 ex in hot zuidoosten. RANSUIL 1 waarneming van 1 ex 00 9 - 72 mot Beugels ei: van .Dorselaar Uit deze t/m 21.5*75 meen ik te :or-en afleiden dat het Groot Iiland wal stoot- vogels betreft een van de holangrGier.tozo niet het belangri.iknte gebied is in 10gtel.]ik Zeeuw3~vlaanGeren. HAkuise, Steensedpk 06ulst LI1"' LLEi'UUH: BU13E Ti.A., 1975. Baltsende Lui ze r den aan het Groot iiland. Gtoltkluut t BUIS3 H.A.1972. :lnige go ge ven s over flora en fauna van Groot cn klein iiland alsmede over de bergeend aldaar in 1971* Gteltkluut 2} 1a-24 an 2G->% ÜUIS.E H.A. 1975* Lire notities over balts van de torenvalk F a 1 c o t innuncu.i us J Vogeljaar 2J_ BUI S3 H.A. 1975* Fauna~f lornvere lag Lrekengebied le in iiland en omgeving nabp Gulst, van 1 jan t/m 51 dec 1972. Gtoltkluut 2: BIJ ICE ÏLA., aantrek van krnadschtigen. rona het Groot iiland. Stelt.k3u.ut s KEADE V. ,E. üOSLI.jfG, 1968broedende vogels, hun nesten, eieren en jonren. F.ouwsault1 s '.V., Am?;terdem» TINBEBGEif L.1957. Loofvouelspo druk 1968God erlandse Jeugdbond voor Natuur studie Amsterdam Avifauna van Oootolgk Zeeuws VlaanderenIn voerbare HUng. SLAAPTKKK VAN KHAaIACHTIGEN itONI) HET GROOT .CiLr.ND» In de winter van 1972/7? heb ik naar aanleiding van het artikel van B® Domini- cus in Sieltkluut 2 40~4l een onderzoek gedaan naar de slaaptrek rond het Groot Eiland® Ook de slaapplaats zelf werd steeds geteld® 1 december ben ik begonnen met liet vaststellen van de aanvliegroutes® Dit bleek echter niet 20 eenvoudig te zijn, daar het moeilijk was om van aanvliegroutes te spreken® Ze kwamen eigenlijk van alle kanten® Toch heb ik een 6-tal routes kunnen bepalen, waaronder één zeer grote® Ook kwamen 2 voorverzamelplaatsen reeds snel aan het licht, namelijk een in de populieren rondom de Oude Vaart aan het Klein Eiland en een op Het Plaatje bij Luntershoek* De grootBte aanvliegroute loopt over het Klein Eiland naar het noordwesten (max® 1000 vogels op 9/l2)» De andere worden meestal door 50-200 ex# gebruikt® De maximale besetting van de voorverzamelplaatsen is plin 1000 voor het Klein Eiland en 500 voor het Plaatje® De slaapplaats zelf is in het noorderbos gele gen (toch heb ik eenmaal plm 1000 ex® in het zuiderbos aangetroffen) en telt bij maximale bezetting een kleine 1400 exemplaren* Hiervan is de kauw de meest algemene soort (max® 1300), dan volgen respectievelijk roek (max 50), bonte kraai (max 20) en zwarte kraai (max 5)* Opvallend was dat de zwarte kraai de ze winter aan het Groot Eiland vrijwel niet werd waargenomen® Het is mij gebleken dat de aantallen nogal eens fluctueren (vooral bij de kauw); tegenover een maximum van 1?00 staat een minimum van een paar honderd® D© grootste aantallen kraaiachtigen werden gezien van eind november tot eind december. Vanaf begin januari namen de aantallen af® Uit de verzamelde gegevens blijkt dat (tenminste wat 1972/75 betreft) de slaapplaats op het Groot Eiland, de grootste, tot nu toe ontdekte slaapplaats is in oostelijk Zeeuws-Vluanderen. M„A* Buise, 18

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1973 | | pagina 12