Y5ï_Ée2 _i^72 FAUNA-FLORAVERSIAG_KREEENGEBIED KLEIN EILAND EN OMGEVING NABIJ HULST Het jaar 1972 mag voor het Groot Eiland en dus ook voor het Klein Eiland een belangrijk jaar heten, daar de stroom van zeer sterk vervuild water die jarenlang de,kreken heeft verpest is opgehouden. Doordat de richting van de stroom is omgekeerd, worden de kreken langzaam maar zeker schoongespoeld met poiderwater van redelijke kwaliteit. Het parkeerplaats je dat vorig jaar is aangelegd werd van een afwisselende beplanting voorzien. In het voorjaar werd tussen deze aanplant gespoten, wat wel bevorderlijk kan zijn voor de groei van jonge bomen en struiken, maar in het kader van natuurbeheer op zijn minst bedenkelijk mag worderr ge noemd, daar deze beplanting nu reeds sterk in trek blijkt te zijn bij di verse viMkachtigen zoals vink, keep en putter. Gemaaid werd er tot half in de zomer, hetgeen jammer was daar de onkruid flora langs de nog niet zo lang geleden geasfalteerde wegen zich fraai be gon te ontwikkelen. De onbemaaide delen waren een paradijs voor vele insec tensoorten. Een halve meter of een meter i.p.v. 2 meter is naar mijn mening ruim voldoende om de weg vrij te houden. 0Ok mag het aantal keren dat ge maaid wordt beperkt worden. De kreek wordt nog steeds druk bevist, voornamelijk vanaf de grote dam. De meeste vissers gedragen zich behoorlijk, toch spreken weggeworpen flessen, blikken en plastic zakken nog steeds voor zichzelf. Ook het vernielen van vegetatie, zoals het afrukken van takken, heb ik enige malen gezien. Wan delaars, natuurminnende en rustzockende mensen trof ik er zo nu en der aan. Op 7 aug. steeg de waterstand tengevolge van zware stortregens met plm. 45 cm, waardoor alle slikstranden en enige stukken weiland onderliepen. Het dammetje dat de vuile zuidelijke van de nog steeds zeer fraaie oostelijke kreek arm scheidt, bezweek waardoor deze oostelijke kreekarm met een golf vuil water overspoeld werd. Enige dagen daarop is het gat gedicht.. Naderhand is gebleken dat de kreek gelukkig geen blijvende schade heeft opgelopen Wat vogels betreft werden gedurende een 400-tal uren verspreid over ruim 180 waarnemingsdagen totaal 107 soorten waargenomen. Van 24 soorten werd het broeden met zekerheid vastgesteld. Om de broedvogelsta,nd qp te voeren zijn in het najaar enige nestkasten opgehangen, waaronder een torenvalk- nestkast. De torenvalk werd sinds 8 mei regelmatig met 1-5 ex. gezien. De Bruine Kie kendief tussen 3-5 en 15-10 een 15-tal keer (1-4 ex.). Deze soort heeft dit jaar met goed gevolg aan het zuidwesten van het Groor Eiland gebroed: op 11-8 1 m in slagpenrui 3 juv. waargenomen boven het rietveld ten noord westen van het Klein Eiland. Herfst en winter waren stootvogelrijk, vooral december met 5 soorten te weten Buizerd, RuigpootbuizerdBlauwe Kiekendief, Torenvalk en Velduil. Op 9-8 ransuil (met Beugels en ver Dorselaar), 25-10 1 sperwer en begin sept. 2 weken lang 1 steenuil in boomgaard (med. Dekker). Door ganzen werd het gebied, in tegenstelling tot de rest van het Groot Eiland, weinig bezocht. Overvliegende ex. werden regelmatig gezien. Vrijwel alle waarnemingen betroffen kolgans. 3 waarnemingen var 1 grauwe gans op 21, 23 en 25 fcb., 1 waarneming van 3 overvliegende Dwergganzen op 28 dec. Buiten de reeds eerder vermelde vogels waren dc volgende bijzonder: Geoorde fuut op 16 en 18 sept. 1 ex. - Dodaars sinds 4-10 constant 1-12 ex- Casarcaeend 7-7 1 vr. (mod. G. v. Dorselaar) - Waterral jan., feb. 3 x lex,- nov. 1 x 2 ex. - Zilverplevicr 1 ex. op 7-10 - Kanoetstrardloper tussen 4-10 en 21-10 7 x (1-14 ex.) - Kleine Strandlopcr 1-5 ex. tussen 11-9 en 23-10 - Temminck's Strandlopcr op 5-11 1 ex. (mod de Kind) - IJsvogcl 2 en 7 oktresp. 2 en 1 ex. - Wielewaal 25 juli 1 m en 14 aug. 1 m 1 vr - Goudhaantje op 79 en 11 nov. resp. 2, 1 en 1 ex. - Tapuit 30 mrt. 1 m - Matkop 1 ex. geh. 12 sopt. (med. F~K. Haak) - Zwarte Moes 19-10^5 ex. Andere soorten zio lijst 1. Als bijzondere broedvogcls mogen worden genoemd: - Bergeend 16-20 pr., Scholekster 1 pr., Grutto 15-tal pr. en Ekster 1 pr. Tot nu toe werden 7 zoogdieren opgemerkt: Egel, Mol, Konijn, Haas, Bruine Rat en een grote en kleine vleermuissoort, zeer waarschijnlijk zijn dit de Dwergvleermuis en do Grootoorvlcormuis. Volgens med. van een omwonende komt Hermelijn er ook voor. 29.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1973 | | pagina 3