Pestvogel. 3-11? 1 ex. doodgevonden nabij de wildtuin te Ter- neuzen (via G.Ottens; ZMA). Goudvink. 6-10, 1 ex. WMZ Clinge (A.de Kind). Kërküil! 3-11» 1 ex. nabij EDAH Buitenvest, Hulst (A.de Kind); Laatste week juli 1 ex. Vrouwenstraat, Zuiddorpe (Hr v.Waes); 7-11, 1 dood ex. Veerstraat, Hieuw Hamen (ZMA). Dezelfde dag in dezelfde omgeving overdag 1 ex. gezien in wegberm. Zag er heveloos uit (Owmr de Bruijne, Rijkspolitie, Hulst). Die dag nog de weg afgezocht, maar niets gezien SP. Steenuil. 10-10, 1 ex. St. Jansteen; okt./nov. regelmatig op Huïstërweg Axel (A.de Jonge); begin sept. jong ex. hangend aan prikkeldraad nabij opgespoten terrein Axel (SP); eind oktober gehoord Saxhavenstraat, Hulst (SP). Beflijster. Plm. 22-10, 1 ex. Hulst (A.Broekmans Böërënzwaluw. 5-11» 1 ex. te Hulst. Opm. bij Poelruiter. De poelruiter is in Hederland nog een dermate weinig voorkomende soort dat de Comm. Hederlandse Avi fauna (CHA) één-mans-waarnemingen van deze soort als bijzonder twijfelachtig kwalificeert en de waarnemingen derhalve meestal niet accepteert. Wij proberen dezelfde gedragslijn te volgen en derhalve nemen we een waarneming van deze soort van W.Wisse niet op. Op dezelfde gronden hebben we reeds eerder een waar neming van een Ivoormeeuw te Terneuzen van dezelfde waarnemer uit de veldwaarnemingen geschrapt. Een Blauwborst uit de Braak man (19 oktober) hebben we achterwege gelaten omdat hiervan een witgesterde en een roodgesterde vorm bestaat. Als het een witgesterde is geweest is een oktoberwaarneming voor ons land wel een zeer late. Voor Zeeuwsch-Vlaanderen zou het echter wel kunnen, daar wij wel meer late data hebben (kluut, grutto, ringmusbeflijster bv.). G0 Sponselee. AVIFAUNA. OOSTELIJK ZEEUWS CH-VLAAHDEREH De uitgever deelde ons een dezer dagen mee, dat tegen het eind van het jaar nr. 2 in de Zeelandreeks zal verschijnen. Dat is dus de langverwachte avifauna van Oostelijk Zeeuwsch-Vlaanderen, De prijs zal evenals die van het eerste deel rond de f.10,- liggen. Wij zullen een voldoende voorraad in huis nemen en ze bij iede re excursie meebrengen. Buiten de excursies om echter zal ze ook elders verkrijgbaar zijn. Van het eerste nummer uit genoemde reeks nl. Canisvliet, een grensgeval hebben we nog enkele exemplaren in voorraad. Bij bestelling per giro komt de prijs ivm. portokosten op f. 11,80. 90 FAUHA EH FLORAVERSLAG VAH DE POLSVLIET 1973. door M. Jansen. Dit verslag behandelt alleen de plant- en diersoorten in een be paald gedeelte van de kreek. Opgemerkt moet worden dat geen enke le lijst helemaal volledig is. I. VOGELS Het aantal broedvogelsoorten was 20. Daarnaast waren er drie soorten, te weten watersnip, grutto en ringmus waarvan het broe den meer dan waarschijnlijk moet worden geacht. Veldleeuwerik: Hiervan waren naar schatting 10 a 15 broedparen aanwezig Graspieper: Hiervan werd tweemaal een nest gevonden. O.a. op 6-5 mët"~4""ëïëren. Op 20-4 balts. Merel: Minstens twee koppels waren aanwezig. Het eerste nest werd bëgin maart gevonden. Slechts twee van de vijf jongen hiervan vlogen uit. Rietgors: Drie koppels werden regelmatig gezien. Koolmees: Deze soort was in de broedtijd in kleiner aantal aanwe zig dan""vorig jaar. Waarschijnlijk heeft slechts 1 paar gebroed. Pimpelmees: Deze soort was met minstens 2 broedparen aanwezig, Buitën hët broedseizoen soms talrijker dan koolmees. Waterhoen: Komt talrijk voor. Op 8-7 werd een verlaten nest ont dekt! Bergeend: 1 koppel gebroed. Op 3-2 3 ex. en op 6-5 zelfs 6 ex. Op 12-5 wërden 10 jongen gezien en op 30-6 werden nog 6 dieren van dezelfde groep aangetroffen. Ha de broedtijd werden geen bergeen den meer waargenomen. Wilde eend: Ongeveer 3 koppels hebben gebroed. Van 1 koppel werden 8p~2-5~5~3ongen geteld. Spreeuw: Deze vogel werd in de maanden juli/aug. in groepen van soms 5Ö0 dieren gezien. Het aantal broedparen was minsten? 5» Patrijs: Haar schatting 10 koppels warei aanwezig. Ha de broedtijd warën groepen van 50 dieren waaronder vooral juv. dikwijls te zien. Een voorzichtige schatting is, dat er ongeveer 10C dieren aanwezig waren» 2-7 20 juv. Fazant: Er werden o.a. op 6-7 3 juv. aangetroffenHet aantal broë3gevallen was ongeveer als dat van de patrijs. Kievit: Deze werd ook in begin jan, regelmatig gezien, doch na de vorstperiode van eind nov»-begin dec. niet meer, 5 broedparen wa ren aanwezig. 0p 4-3 werden de 3 eerste ex. gezien en het ïaatstë"diër"ëp~24~10. Gele Kwikstaart: De eerste dieren werden op 20-4 gezien. Waar schijnlijk hëbben er 3 koppels gebroed. HeggemusGedurende het hele jaar is 1 koppel aanwezig geweest. Tureluur: Op 3-2 1 ex., 24-3 5 ex., 15-4 balts van een koppel. 27-4 ën 30-4 2 koppels, 91

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1974 | | pagina 10