DE EGEL ALS VERKEERSSLACHTOFFER IN 1974. Gedurende geheel 1974 werden alle op de weg aangetroffen dode egels genoteerd, In totaal werden 105 dieren geteld. Het spreekt voor zich dat dit slechts een fractie is van het totaal aantal doodgereden dieren, immers: - er werd geteld vanuit de auto, zodat er dieren over het hoofd gezien zijn; - met deze telmethode worden dieren in de "berm nauwelijks opgemerkt - we zijn niet dagelijks op de weg en - "bepaalde weggedeelten worden veel frequenter "bezocht dan andere bovendien zijn op drukke weggedeelten de resten van een ge dood dier vaak in enkele dagen "weggereden" Er is "bij het verzamelen van deze gegevens weinig gebruik gemaakt van gegevens van anderen, dit om dubbeltellingen te voorkomen, Alleen rechtstreekse, persoonlijke mededelingen zijn verwerkt, In de maandaantallen zien we twee pieken nl, mei en augustus. We mogen aannemen dat in mei vooral dieren, die in paarstem- ming verkeren, het slachtoffer worden, daar de paartijd van maart tot in juni duurt- De draagtijd is 5 7 weken. De jonge dieren blijven plm. 4 weken in het nest en worden daar na nog een veertiental dagen gezoogd en begeleid, In augustus kunnen dus weer veel dieren "op de weg" komen, w„o, veel jon ge, Vandaar de augustuspiek. Bekijken we het aantal slachtoffers per decade dan zien we voor MEI 1-10 11-20 21 - 51 6 11 5 AUGUSTUS 1-10 11-20 21-51 14 10 6 De totale periode tussen paring en uitzwermen van de jongen bedraagt plm- 10 weken- Als het hoogtepunt van de paartijd ligt in de tweede decade van mei, dan zijn inderdaad in de eerste decade van augustus weer veel dieren te verwachten- Een bijkomende vraag, losstaande van het hier verwerkte cij fermateriaal is natuurlijk de vraag of de egelstand van Oos telijk Zeeuws-Vlaanderen een dergelijke aderlating kan heb ben? Is de nawas zo groot, dat de verliezen gemakkelijk worden opgevangen? 12. - i* #c 15 ••i •O o <c co co

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1975 | | pagina 7