kluutJ, Verhelst, Oude Zevenaar P 123, Terneuzen; +sk3ters W, v,d« Ree, Terneuzensestraat 6, Zaamslag; kuifeend en scholekster: W. Wisse, Narcisstr. 3? Terneuzen; meerkoet en waterhoen: Wv.d. Ree en M» Uleyn, Huygens- straat 24, Terneuzen, BROEDVOGELS 1975 SAS VAN GERT. In 1975 hehhen "binnen de "bebouwde kom en onmiddellijke om geving van Sas van Gent o»a3 navolgende vogelsoorten ge broed Tussen haakjes de aantallen broedparen. Dodaars (2), bergeend (l), torenvalk (2), kluut (7)9 kl. plevier (6), tureluur (2), koekoek (bij kleine karekiet) (1), ransuil (1), kl., karekiet (10), grasmus (3)? zwartkop (3)? goudhaantje (1), roodborsttapuit (l), zw0 roodstaart (6), roodborst (1), witgesterde blauwborst (2), zwarte mees (l), ekster (3)? zwarte kraai (3)? kokmeeuw (1). Waarnemingen van niet broedvogels binnen genoemd gebied: ijsvogel: 18-8 (l); 10-9 (1)5 16-9 (l). wulp2-9 (1 bokje3-8 (1); 11-9 (1); H-9 O). groenpootruitervan 6-7 tot 27-8 1 ex, zwarte ruiter: 6-6 (1); 6-7 (l)> 29-7 (l)j 11-8 (l), J, v,ds Kammen, Beneluxstraat 124, Sas van Gent. EXCURSIEVERSLAG WEELKERS CLINGE 20-7-'75» Be Opperstraa.t bij Clinge, die gevonden werd door 24 deel nemers, is gelegen in een bijzonder mooie omgeving. Er is veel bos en het bouwland is verdeeld in kleine percelen zo dat hier en daar nog plaats is voor een haag van meidoorn. In het begin werden sommigen van ons verrast door een we zeltje, dat haastig door het gras schoot» Al vlug bleek dat hier veel eksters en vlaamse gaaien zaten, terwijl er wei nig zangvogels waren. Kneu en groenling waren zo'n beetje de enigen die hun zang lieten horen, Ra een poosje gelopen te hebben kwamen we aan een 'weelken'. De omgeving was echter erg vervuild, en ook het water zag er niet ai te best uit. Het volgende 'weelken1 was echter heel wat beter. Een prachtige omgeving, het water zag er goed uito In ieder geval goed genoeg voor de Gele Plomp, waarvan hier enkele planten aanwezig waren, Zelfs de Libel vond het hier wel aardig. Zijn manier van jagen doet een beetje denken aan die van de visdief: zweven boven het wa ter, dan met een duik een klein insectje wegvangen, Veel paddestoelen werden gezien, o9a. de Grote parasolzwam» Die is zo groot (zeker 20 cm), dat je gewoon de neiging zou krijgen er op te gaan zitten. Vele paddestoelen werden 88. jammer genoeg niet gedetermineerd, maar met de planten ging het beter» Zo vonden we de moerasdroogbloem, die hier algemeen voorkomt, maar buiten dit gebied vrij zeldzaam is, Het ver baast mij iedere keer weer, hoe sommige mensen, die erg geïn teresseerd zijn in planten, deze toch plukken» Ook al zijn ze niet beschermd, dan kunnen ze toch zeldzaam zijn en bedreigd worden in hun bestaan. Daarom is het beter ze niet te plukken. Iets voor twaalven waren we weer bij het beginpunt terug en we hadden allemaal kennis gemaakt met een leuk stukje natuur Geziene vogels: HiggSmus=^J=graspieper 2; kneu 40; groenling 6+1 dood ex»; grote lijster 4> ekster 8; witte kwikstaart 3? winterkoning 6; geelgors 2; kievit 10; vlaamse gaai 6; gele kwikstaart 2; boerenzwaluw 10; zanglijster 4> meerkoet 4> wulp 2; ringmus 20; roodborsttapuit 1; matkopmees 2; roodborst 45 pimpelmees 5? goudhaantje 6; koolmees 2; grauwe vliegenvanger 2. Enkele planten: wïïdi'kampirföeliesterrekroos; wollige munt; koningskaars; ijzerhard; vlasleeuwebek; moerasdroogbloem; driedelig tandzaad; hennepnetel; bosandoorn; hazepootje. Verder nog: Weziï~7;~£leine vos; klein koolwitje; groot koolwitje; gewoon blauwtje 1 1d; parasolzwam; parkiet 1; bosspitsmuis 1 dood juv» bruine kikker 2 Peter Maas, JEÏÏGDBIJEEHKOMST Vrijdag 7 november houden we weer een jeugdbijeenkomst bij M, ülijn, Donze Visserstraat 419 Terneuzen, Verzamelen om 19»30 uur. ZELDZAME VIS AAN DE BRAAKMAN In het voorjaar van 1975 kreeg de heer Grootjans van een pa lingvisser een voor beiden onbekende vis. Het exemplaar was ge vangen in de Braakmanhaven, De vis werd opgestuurd naar het Zo ologisch Museum (ZMA) te Amsterdam, Uit de brief van ZMA nemen wij onderstaand gedeelte over: - Het is een Zwartooglipvis Crenilabrus melops (L, 1758) een niet vaak voorkomende lipviseoort van onze kust» Van de vier lipviesoorten is de Gevlekte Lipvis (Labrus bergylta) het meest algemeen, dan komt de Zwartooglipvisterwijl de Kliplipvis (Ctenolabrus rupestris) en Bailloni's Lipvis (Crenilabrus bailloni) beide zeer zeldzaam zijn, d»w«z» er zijn sinds 1941 minder dan vijf exemplaren gevangen. De Zwartooglipvis wordt niet regelmatig gevangen; er worden slechts enkele exemplaren per jaar aangemeld. Kenmerkend is de grote zwarte vlek vlak achter de ogen, een kleine onder de zij- 89, Verv, blz» 98

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1975 | | pagina 5