Bij hoog water zochten ze insecten in het gras aan de zeedijk
en hij laag water langs de glooiing. Ook steeds enige exem
plaren aanwezig aan de Veekhoek in de Kruispolder in het wei
land of op het slik.
Op 5 mei zaten er van 14»30 tot 19*30 uur 6 stuks op bouwland
te Perkpolder» Ze gingen na 19*30 uur fourageren op de glooi
ing aan de Schelde,
WAAROM D00DGEVONDEN DIEREN NAAR RIJKSUNIVERSITEIT UTRECHT
GESTUURD vervolg.
In aansluiting op ons artikel in de vorige aflevering van de
Steltkluut, hier een overzicht van de naar "Utrecht" gezonden
dieren
ZEEPALING, 19-12-f75» vermoedelijk gevonden te Walsoorden
door M, Everaert via W0 Lambert,
Ons nummer
1975/1241 Kerkuil, Axel, 20.X.1975* Verkeersslachtoffer (Haak)
1975/1242. Ijsvogel, Zaamslag (Gem.Terneuzen)IX.1975 (Haak)
1975/1243* Kerkuil. Braakman, IV,1975* Verkeersslachtoffer
(Riemslag)
1975/1244* Kerkuil. Braakman, IV,1975* Verkeersslachtoffer
(Riemslag)
1975/1245* Ransuil. Braakman, IX,1975* Verkeersslachtoffer
(Riemslag)
1975/1246. Koekoek, Braakman, eind VIII.1975* Verkeerslacht-
offer (Riemslag)
1975/1247. Koekoek. Braakman, eind VIII.1975* Verkeersslacht
offer (Riemslag).
1975/1248. Ransuil. Terneuzen, 19.XII.1975 (Riemslag).
1975/1249* Grote bonte Specht (d)Braakman, herfst 1973*
Verkeersslachtoffer (Riemslag).
VONDST VAN EEN KLEINSTE JAGER.
Ons jeugdlid Th, v. Goethem te Hengstdijk bracht ons op
4-9-1976 een vogel welke hij gevonden had aan de Westerschel-
dedijk bij Walsoorden, Wij hebben deze vogel onmiddellijk
doorgezonden naar het Zoölogisch Museum te Amsterdam (ZMA)
Wij ontvingen navolgend uitvoerig schrijven over deze zeld
zame vondst. Wij drukken hierbij de hele brief af, om een in
druk te geven hoe moeilijk het kan zijn een vogel op naam te
brengen,
Red,
Hiermede bevestigen wij de ontvangst van de Kleinste jager
en zeggen u hiervoor hartelijk dank. Het is een welkome aan
winst voor onze kollektie; vanwege de zeldzaamheid van deze
soort is deze waarneming doorgegeven aan de Commissie van de
Nederlandse Avifauna.
103.
De determinatie van juveniele Kleine en Kleinste Jagers is
nog steeds een probleem. Ten Kate (1953) schreef er een ar'ti-
kel over: "Over de osteologische verschilpunten tussen Ster'-
corarius longicaudus en parasiticus" (Limosa 26: 11 6-11 9)
Een meer recente publicatie is van Walter 1962) in Journal
für Ornithologie 103: 166-179: "Vergleichende Untersuchungen
an den Raubmöwen Stercorarius parasiticus en longicaudus
Aan de hand van dit artikels is getracht het door u ingezon
den exemplaar te determineren tegelijk met een andere "klei
ne" jager die op het strand bij Noordwijk werd gevonden
(8-9-1976), De volgende kenmerken werden van deze vogels ge
noteerd
Kenmerk
1gewicht
2, vleugellengte max
3* lengte onderarm
4* snavellengte
5* schachtkleur 3© handpen
6, vorm top 1e, 2e en 3e
handpen
7* vorm top middelste
staartpen
8. veerranden rug boven-
vleugel
Hontenisse
202 gram
(min.) 315 (306) mm
105 mm
29.9 ram
wit bruin
afgerond
afgerond
bruinachtig wit
Noordwijk
167 gram
303 (295) ram
101 mm
30.5 mm
wit bruin
afgerond
afgerond
bruinachtig wit
1» Gewicht: volgens J. de Korte, die hier op het Museum aan
Jagers werkt, komt het minimum gewicht van een Kleine Jager
niet onder de 300 gram. Het gewicht wijst dus in beide ge
vallen op een Kleinste Jager.
2, Vleugellengtede vleugellengte van de vogel uit Hontenis
se kan op beide soorten betrekking hebben. De vleugellengte
van de andere vogel duidt op een Kleinste Jager.
3. Lente onderarm: kar in beide gevallen op beide soorten
betrekking hebben (de maten liggen in het overlap gebied).
4, Snavellengte: wijst in beide gevallen volgens Walter op
Kleine Jager-, maar het is de vraag of de maten vergelijkbaar
zijn omdat Walter niet vermeld hoe hij de snavel heeft geme
ten.
5, Een wit bruine schacht van de 3© handpen is karakteristiek
voor de Kleinste Jager. De Kleine Jager heeft deze schacht
wit, Walter vond echter bij 26 juv. Kleine Jagers bij 4 ex.
dat de schacht van de 3© handpen bruin of bruinachtig was,
6. Afgeronde toppen van handpen 1 t/m3 is typisch voor de Klein
ste Jager,
7. Afgeronde middelste staartpennen is typisch voor de Klein
ste Jager.
104*
