8, Witachtige in plaats van rossige randen aan rugveren en bo-
venvleugeldekveren is typisch voor de Kleinste Jager.
Hoewel de lengtematen niet erg met de door Walter voor de
Kleinste Jager opgegeven maten overeenkomen, geven de overige
kenmerken genoeg zekerheid om beide exemplaren te kunnen de
termineren als Kleinste Jagers, De maten zijn niet goed met
die van Walter te vergelijken omdat hij niet vermeld hoe hij
gemeten heeft, bovendien heeft hij balgen bestudeerd en wij
verse vogels.
Hopende u hiermede voldoende te hebben ingelicht tekenen wij,
met vriendelijke groeten,
E, Osieck,
ONDERZOEK NAAR ROTGANZEN.
In verband met mijn onderzoek naar Rotganzen op Schiermonnik
oog, zou ik ook graag gegevens over Rotganzen uit uw omgeving
ontvangen. Het betreft de volgende gegevens
a, datum en tijdstip van waarneming;
b, aantal;
c, preciese plaats van waarneming;
d, waterstand (hoog- of laagwater);
e, weersomstandigheden.
Tevens indien mogelijk gegevens over de adult/juvenielverhou-
ding en de opbouw van de groep.
Bij voorbaat mijn hartelijke dank.
A*B. Woldering, Riouwstraat 3» Groningen,
VAN ONZE LEDEN.
Een waarneming.
Nadat we huiswaarts keerden van de plantenexcursie d.d,
30-8-'75, meenden wij, ondergetekenden, ter hoogte van De
Kraay bij Terhole, een Zwarte Wouw te zien. Tenminste dat
meenden we achteraf te moeten concluderen, nadat we verschil
lende vogelboeken hadden geraadpleegd.
Gegevens
- grote tot zeer grote langwerpig aandoende roofvogel;
- 2 tot 10 meter boven S8ïi 8-kkör vliegend, zwierend en zoekend,
remmend, bochten beschrijvend en weer versnellend;
- kiekendiefachtig;
- volgens de stellige verklaring van A.een ondiep gevork
te staart (ikzelf P, Mol, lette daar niet op).
Meer kenmerken konden we zo vlug niet opmerken daar de vogel
in westelijke richting verdween.
P, en A. Mol, Kloosterzande
Opm. Als u er nu beiden van overtuigd zou zijn geweest, dat
105.
er een ingesneden staart was, bestond de zekerheid dat het
een wouw was. Nu echter, zonder gegevens over afstand, zonder
kijker, zonder gegevens over de helderheid etc. lijkt het ons
gevaarlijk deze conclusie te trekken; er zijn gewoon te wei
nig gegevens. In zo'n geval heb ik voor mezelf altijd maar
één oplossing: vergeten zo'n waarneming!
Zo hebben Mare Buise en ik eens achter een bijna geheel witte
roofvogel aangereden tussen PauluspolderHoefkensdijk, Lams-
waarde en Kruispolder en dat nog wel terwijl ze thuis zaten
te wachten met eten, Yie hadden allebei een kijker, het zicht
was zeer goed, maar toch kregen we hem niet goed genoeg te
zien om absoluut zeker te zeggen wat we eigenlijk allebei di
rect al wisten: een zeer lichte, zeg maar witte Buizerd, We
hebben er ook nooit melding van gemaakt. Toch hopen we dat u
zich door dit negatieve antwoord niet laat weerhouden voort
aan weer waarnemingen in te sturen: we worden er op geatten
deerd dat er "iets loos kan zijn" en door combinatie met an
dere gegevens kan de waarneming misschien bevestigd worden.
Als we alle dubieuze of erg twijfelachtige waarnemingen die
we in de loop van de jaren schrapten - als redactie of na be-
stuursoverleg - gingen publiceren hadden we nog een afleve
ring van de Steltkluut vol. Troost u: veel ervan zijn afkom
stig van mensen die toch regelmatig in het veld zitten en
vaak veel ervaring hebben.
G. Sponselee,
Enige waarnemingen van kikkers en padden.
Bruine kikker, 20-3-75» 30 ex. geteld op de autoweg tussen
Boerengat Terneuzen en waterfabriek N. Neuzenpolder
22-3-'75> 20 ex. geteld cp de neg onderlangs de zeedijk in de
N. Neuzenpolder tussen Braakmansteiger en Scheldesteiger
Gewone Pad, 14-3-'75? 20 ex. geteld op bovengenoemd stukje
weg onderlangs de zeedijk,
Padden en Bruine kikkers werden nooit door elkaar gezien.
Het vms altijd regenachtig weer, met milde temperatuur en al
tijd 's nachts. Alle getelde exemplaren waren levend.
Het lijkt erop dat beide bedoelde plaatsen trekwegen zijn.
B.M. Grootjans
WAARNEMINGEN IN HET VILLAPARK TE SLUISKIL, 1975.
Gehele winter waargenomen,
Pimpelmezen 4
Koolmezen variërend van 4 "tot 12
Roodborstje 1
Groenlingen) variërend van 2 tot 14
Merels
106.
