77- waarover dan ook geen duidelijkheid verkregen kon worden. Op een open plek, met veel sprokkelhout, zouden we vol gens de leider zeker de nachtzwaluw aantreffen. We moes ten ons daarvoor verspreiden en inderdaad ging eerst het op de wieken en daarna kwam ondergetekende oog in oog te staan met het 3, Aan het eind van de excursie konden we nog een in een koekoek-achtige vlucht zien over vliegen. Door de grote verscheidenheid aan kruidachtige planten, struiken en bomen konden we hier allerlei soorten zang vogels aantreffen. Voor ieder van hen is hier wel een geschikt biotoop te vinden. In het terrein was dan ook een vangstation aangelegd waar jaarlijks 2000 ringen gebruikt worden. Met spechten is dit stukje zeker goed bedeeld, we heb ben er echter geen enkele te zien gekregen. Ook de aan gekondigde zwarte specht niet. Wel konden we de roffel horen van de grote bonte en de roep van de zwarte specht. In een grote boom zat iets boven ooghoogte het vlieggat van het nest van de grote bonte specht waarin jongen luidkeels hun honger aankondigden. Het is zeker de moeite waard dit gebied nog eens te be zoeken, hopelijk dan met iets meer succes wat betreft de voor ons toch zeldzame soorten. Waargenomen soorten: meerdere ex. van: merel; houtduif; tortelduif; ringmus spreeuw; pimpelmees; koolmees; fazant; tjiftjaf; fitis; roodborst; groenling; gekraagde roodstaart, overige: geelgors 1; koekoek 2; boomleeuwerik 2; boom pieper 1; kneu 2; nachtzwaluw 3» de twee roofvogels, waaronder 1 buizerd en de tweede zeer waarschijnlijk torenvalk; de groene-, grote bonte- en zwarte specht. Timo Totté. VERSLAG AVONDEXCURSIE SAAPTINGE, 29-6-77 - Met 26 mannen en vrouwen trokken we achter onze gids Jos Neve bij "Maria" over de dijk, over het schapenbruggetje, het schor in. Het was mooi weer en een zichtbare ondergaande zon zorg de ervoor, dat we nog konden genieten van de prachtige, veel geschakeerde groene tinten van de schorbegroeiing. Na een gemakkelijke start begonnen allengs de hindernis sen zwaarder te worden en de "leut" vanwege het blijven steken in de modder steeds groter.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1977 | | pagina 7