Wat zal er van de ^stand over blijven na nog een strenge winter? Laten we hopen dat de meldingen over deze boeiende vo gel binnen blijven komen, zodat bewezen wordt dat zowel de kerkuilen als de vogelaars springlevend aanwezig zijn» Rest mij nog een woord van dank aan allen die op een of andere manier hebben bijgedragen aan het groot aan tal gegevens over de kerkuil in Oost Zeeuws Vlaanderen» L. Persijn, augustus 1977. DE BETEKENIS VAR DE VOGELCOLLECTIE VAM HET ZOOLOGISCH MUSEUM TE AMSTERDAM ZMA~ We weten allemaal dat geen twee mensen aan elkaar ge lijk zijn» Altijd is er wel op een of' meer punten ver schil aan te wijzen» Dat geldt ook voor vogels» Er be staan natuurlijk grote verschillen tussen de soorten, maar ook binnen de soort is variatie. Die is in het veld vaak niet opvallend, maar toch aanwezig. De be schrijving van een vogelsoort zoals we die in de boeken vinden is dan ook altijd een gemiddelde, dat slechts bepaald kan worden door een groot aantal exemplaren van die soort met elkaar te vergelijken, Museumcollecties zijn in de eerste plaats bedoeld als studiemateriaal voor het maken van die vergelijkingen» Daarom moeten er in een verzameling ook van één soort veel exemplaren aa.nwezig zijn, In vroeger tijden werden die meestal opzettelijk verzameld, de ornitholoog trok met het geweer het veld in om zijn studiemateriaal te schieten. Dat is nu natuurlijk niet meer mogelijk, be halve in bijzondere gevallen. Nu moeten we proberen on ze series aan te vullen met vogels, die door amateurs of beroepsvogelmensen dood in het veld worden gevonden, Het museum is afhankelijk geworden van de vrijwillige en zeer gewaardeerde medewerking van vogelwerkgroepen zoals "De Steltkluut". Bij nadere beschouwing van een serie vogels van één soort blijken verschillende typen variatie te bestaan, In de eerste plaats is er bij heel wat soorten, te be ginnen met de Huismus, een verschil tussen mannetjes en wijfjes» Dit verschil is zo opvallend, dat iedereen het in z'n eigen achtertuin kan waarnemen. Maar hoe zit net met de koolmees in ons nestkastje? Is het vogeltje met die smalle en vlekkerige stropdas een wijfje? De strop- 111

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1977 | | pagina 25