BESCHERMDE FLANTEN.
Vlak langs de weg vond ik op een van mijn zwerftochten
door de natuur twee wilde kaardebollen, fier rechtop,
hun bij de stengel aan elkaar gegroeide bladeren, die bij
regen als een spaarbekken dienst doen, half gevuld met
water, van de regenbui van die morgen.
De zijscheuten begonnen al uit te lopen. Begin juli waren
de planten ongeveer 1 meter hoog, de bollen waren nog
niet in bloei,
Tot mijn schrik bedacht ik, dat ze hier wel mooi in het
zicht stonden, maar ook gemakkelijk door iedereen at te
snijden waren.
Bij het. naar huis gaan kwam bij mij het idee op om er een
bordje bij to zetten "niet afsnijden a,u,b„" of iets der
gelijks
Het vertrouwen in de mensen won het echter van mijn wan
trouwen en het; bordje bleef achterwege,
Nu, eind juli, zijn ze afgesneden door een "natuurlief
hebber1
Mei; enige wroeging keerde ik huiswaarts.
Had u een bordje gezet, of niet?
Het onderzoek,
Wie wil er meewerken aan een onderzoek naar beschermde
planten in ons gewest?, zo ongeveer luidde de vraag in
de Steltkluut
Mijn broer en ik gaven ons op, hij als "kenner" en ik als
"aanbrenger"
Maar aangezien mijn broer een dak op zijn huis ging zetten
en dit voor het grootste gedeelte zelf deed, had hij in
voorjaar en zomer we? iets anders te doen dan achter de
wilde marjolein enz, aan te lopen,
Op 2ï april was er in Zaamslag een dia-avond en daar wer
den door de heer (i, Slob, de in ons gewest +e vinden be
schermde planten getoond.
Ik er op af, want daar kon ik de planten die wij moesten
zoeken, leren kennen, dai leek mij voor iemand dit; alleen
"de tingel" en de "rietsigaar" kende wel nuttig. ïk had
dan ook nog nooit iets aan plantenkennis gedaan. De zaal
zat, in mijn ogen, vol met fijne kenners en dat bleek al
spoedig want de eerste de beste plant die op het scherm
kwam, wisten verschillende personen al te staan, ik had
de naam zelfs nog nooit gehoord.
Ik kende hem niet anders dan het rode "Jertjen". Neg tal
van sierlijk gevormde en mooi genaamde bloemen versche
el 6,