nen op het witte doek, In het begin trachtte ik nog iets op te schrijven, dan kon ik mijn broer wat uitleg geven, maar moest dit vanwege de moeilijkheidsgraad al spoedig opgeven, het was trouwens stikdonker in de zaal. De enige beschermde plant die ik kende nl, de wilde kaardebol, bleek de heer Slob niet bij zich te hebben. Br bleef voor mij niets over dan onbekende planten. Een boek was er wel met al de beschermde planten en dieren, doch dit bleek niet voorradig te zijn, Na de diavoorstelling werden ons drie polders toegewe zen, totaal ongeveer 12 km^Even later stond ik buiten met onder de arm een kaart van twee vierkante meter, met daarop de polders van het noordelijk deel van Oost Zeeuws Vlaanderen. Ik kon beginnen aan een stuk van de natuur waar ik niets vanaf wist. Ik kocht twee dikke plantenboeken, een met gekleurde afbeeldingen en de Flora van Nederland, Ne eerste noem ik "mijn gekleurde" en de tweede "mijn missaal". Als ik een bloem vind zoek ik hem op in de gekleurde en kijk in de missaal of het klopt en of hij hier veel voor komt Ik weet nl, in de missaal niet goed de weg. Algemeen of 'eer algemeen of algemeen in F komt in het begin het meest voor. Maar al zoekende naar planten kom je ook namen tegen als: Wederik, heemst, glad parelzaad, robertskruidnagelkruid, duizendguldenkruidagrimonie, wilde reseda enz,., planten die niet zo algemeen zijn. En als je dan de eerste dag dat je m je aangewezen stuk naar beschermde planten gaat zoeken, daar aardaker vindt, is je belangstelling voor planten goed gewekt. Overigens bleek aardaker veel te vinden te zijn in ons gebied. Ook wilde marjolein werd gevonden, nogal veel volgens mij. Ne wilde kaardebol was weer wat zeldzamer. Het mooiste was het vinden van de Zwanebloem, 8 stuks langs een sloot en nog wel op een plaats waar ik vrij vaak langs kom. Zo vond ik ook vlak bij huis in een bocht van een dijk een zeer mooi stukje natuur met van allerhande bloemen. Ik had het nog nooit opgemerkt, omdat ik meestal met een grote verrekijker alleen maar ver weg keek naar de vo gels en van alles dat vlak bij groeide geen weet had. Gelukkig werd mij een grote kaart- met de polders van Oost Zeeuws Vlaanderen er op, onder de arm gestoken. E, Steijns, Pastoor Smuldersstraat 14, Kloosterzande 117,

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1977 | | pagina 31