VAN ONZE LEDEN GEZIEN Op zondag 12-2-1978 heb ik, begunstigd door een sneeuwlaag in de polder, de patrijzen eens geteld in de Louisapolder nabij Nieuw Namen, Totaal zag ik er 118 in een polder die 255 ha groot is. Vorig jaar telde ik er, ook op de sneeuw, 126. Dat komt dus neer op ongeveer 1 patrijs per 2 ha. Ik vind dat vrij veel, maar is dat zo? Hoe zijn de dichtheden in de andere polders Om nu te tellen is er al teveel begroeiing, maar hou het eens in ge dachten voor komende winter. Zeker als er sneeuw ligt is het tellen vrij gemakkelijk. H. Bleyenberg, Kerkpad 15, Nieuw-Namen. Zondag 8 1 78zag ik in 't Villapark op een stuk grond tegen de schutting van de fabriek, waar praktisch geen struiken staan, een Roodborsttapuit Voor alle zekerheid heb ik het nog opgezocht, maar ik kon tot geen andere conclusie komen. Mijn vraag: ik dacht dat deze 's winters hier niet voorkwam, of zijn er uitzonderingen? A. Abrahamse. Er zijn inderdaad uitzonderingen: de Roodborstta puit is - in klein aantal - wintergast in onze Hierbij meld ik u dat ik op zondagmiddag 20 november j.l. aan de zeedijk van de Margarethapolder nabij Griete in de gemeente Terneuzen, een Grote Jager heb waargenomen. Deze vogel heb ik goed kunnen observe ren omdat hij weinig schuw was en voortdurend vrij laag langs de steenglooiing vloog. De heer J. Neve (beheerder Saaftinge), die ik gis ter op een excursie sprak, en die mijn waarneming 6 2

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1978 | | pagina 16