DE MOERASANDIJVIE, Senecio congestus (R.Br) DC OVER HET VOORKOMEN IN ZUIDELIJK ZEELAND Jaarlijks worden alle plantenvondstendie het Rijks herbarium te Leiden bereiken, geselecteerd om de in teressantste te publiceren in Gorteria, het tijd schrift voor de floristiek, de plantenoecologie en het vegetatie-onderzoek van Nederland, dat door het Rijksherbarium wordt uitgegeven. In deze lijst met vooral zeldzame planten worden ook wel eens vondsten van minder zeldzame soorten opgenomen, indien deze buiten hun'verspreidingsgebied zijn aangetroffen. Zo leek het ons nuttig om in de lijst 1975 (MENNEMA VAN OOSTROOM, 1977) een vondst te vermelden van de Moerasandijvie op Zuid-Beveland bij Eversdijk, al daar waargenomen door de heer M.J. Berman in juni 1975» omdat in het Deltagebied deze soort sinds 1950 volgens de ons beschikbare gegevens nooit zuidelijker dan Schouwen en Tholen was aangetroffen 1), Hierop kwamen enige reacties, die wij in een z.g. Korte Me dedeling verwerkten (MENNEMA, 1977)' de heren Ir.J. W. Jongepier en W. de Munck kenden samen nog zeven vindplaatsten van de moerasandijvie op Noord en Zuid-Beveland, op Walcheren en in Zeeuws-Vlaan- deren. Op deze mededeling werd ook weer gereageerd: de heer G.M.P. Sponselee stuurde ons zeven nieuwe vindplaatsen uit oostelijk Zeeuws-Vlaanderen (fig. 2) en op zijn verzoek werd besloten om in De Steltkluut een publicatie aan de moerasandijvie te wijden omdat mag worden verwacht, dat deze soort op nog wel meer plaatsen in Zeeuws-Vlaanderen kan worden aangetrof fen. De Moerasandijvie, Senecio congestus (R.Br.) DC, is een forse plant tot 1 meter hoog of hoger met een dikke, kleverig behaarde en holle stengel. Aan de stengel zitten talrijke ongesteelde, lancetvormige weinig of niet ingesneden bladeren, die onderaan de stengel wel gesteeld en diep ingesneden zijn. Deze z.g, wortelbladeren zijn meestal afgestorven, als de 7 2

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1979 | | pagina 10