ares groot, was het grotendeels verland en in gebruik als hooiland. Langs de zuidzijde, waar in natte tijden wat water stond, vonden we een wildernis van riet en andere moerasplanten met wat oude wilgenstruiken, o- verwoekerd met klimplanten; een fraai hoekje, nauwe lijks beroerd, stukje natuur, zomaar een overhoekje in het Land van Hulst. Reeds een drietal jaren verdwenen tijdens ruilverkavelingswerkzaamheden, leek het me toch nuttig er het een en ander vast te leggen in een klein geschrift en het daarmee aan de vergetelheid te ont rukken. Veel had het niet het niet te betekenen, daar was het te klein voor, maar toch brachten op die klei ne oppervlakte in 1974» een jaar voor de verdwijning, 3 paar bosrietzangers1 paar kleine karekiet, 1 paar graspieper en 1 paar rietgors hun jongen in alle rust groot Op 14 en 16 juli van datzelfde jaar wandelde ik het terreintje in z'n geheel een paar keer door, onderwijl planten determinerend; dat leverde een leuk lijstje op. Een bonte schakering van kleuren leverde deze bloe menwei met diverse soorten die we op andere oost- zeeuwsvlaam.se kreekweiden niet of nauwelijks tegenko men als vlozegge, biezenknoppen, kale jonker, water navel, penningkruid, spaanse ruiter, wilde bertram, gevleugeld hertshooi, paardebloemstreepzaad en waar van een aantal kenmerkend is voor schraal/blauwgras- landen. De grote verrassing was het voorkomen van maar liefst 5 soorten orchideeën, te weten: Vlees kleurige Orchis, Welriekende Nachtorchis, Breedbla- dige Orchis, Moeraswespenorchis en Gevlekte Rietor chis. Buiten deze nog een keur van andere moeraswei- deplanten: kruipend struisgras, reukgras, klein streepzaad, grasmuur, kruipende boterbloem, margriet, koekoeksbloem, smeerwortel, moeraswalstro, zompver- geetmijnietje, moeraskers, witbol, ruwe smele, brunel, schapezuring, ridderzuring, Rum ex x acutus, pitrus greppelrus, waterpeper, grote ratelaar. Meer tegen het bouwland en op de oprit ook planten die zich meer in een droger milieu thuisvoelen als kropaar, rolkla ver, kleine klaver, rode klaver, melganzevoetperzik- kruid, grote weegbree, smalle weegbree, zilverschoonT 1 29

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1979 | | pagina 35