De spoorrails bleven liggen evenals de spoorduikers en raakten geleidelijk aan met struikgewas over groeid» In 1973 vond voor het eerst sinds lang een ingrijpend gebeuren plaats, nlde aanleg van de Nieuwe Kreekweg die dwars door het noordelijk ge deelte van het krekengebied loopt» Hierbij verdween veel weiland, enkele stukjes moeras en open water, heggen en randbeplantingen. Tevens werd het bodem reliëf er grondig door verstoord. Deze ontsluiting bracht ook een grote verstoring met zich mee in het omringende gebied. Een ander ingrijpend gebeuren uit de beginjaren zeventig was het asfalteren en norma liseren van de Waterstraat in 1975 in het kader van de ruilverkaveling Kieldrecht. Hierbij werd ook een uitloper van de Groote Kreeke gedempt, werden de fraaie smalle kronkelslootjes met zeer fraaie moe rasvegetatie uitgediept en rechtgetrokken tot strak ke sloten, en werd het gebied ten oosten van de Waterstraat geheel op de schop genomen» Alle kreek restanten werden er gedempt, weilanden gescheurd, bomen gerooid, al het land afgevlakt zodat het reliëf verdween en ook van de oorspronkelijke verkaveling, bestaande uit zeer lange en smalle kavels begrensd door smalle diepe greppeltjes, bleef niets over» Nu is dan in het kader van genoemde ruilverkaveling en een bestemmingsplan "Zoetevaart" het moment aan gebroken om ook het gebied tussen Waterstraat en Oude Kreekweg (de voormalige Gentse Vaart), dat tot nu toe vrijwel ongerept was, op de schop te nemen en het te veranderen in een soort recreatielandschap, waarbij volgens de plannenmakers tot op zekere hoogte rekening zal worden gehouden met de natuurlijke Kaart 1. Na de inpoldering eind 17e eeuw. Kaart 2. 1958: geïsoleerd en nauwelijks gerept. Kaart 3- De toestand in 1978. Kaart 4« Bestemmingsplan Zoetevaart» De toekomst? 1 3 5

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1979 | | pagina 41