de stedebouw, én is er een minder scherpe grens tussen woonwijken enerzijds en ons Zeeuwsvlaamse krekenland schap anderzijds. Dé gezonde zienswijze mijns inziens. Verantwoording. De gegevens wat betreft de toekomstplanning van het gebied zijn ontleend aan de'Toelichting bestemmingsplan Zoetevaart dat gedurende de maand februari 1979 "ter inzage lag op het gemeentehuis van Hulst. De kaarten 2 en 3 zijn. getekend aan de hand van topo grafische kaarten en de kaarten 1 en 4 aan de hand van overeenkomstige kaarten behorende bij voornoemd be stemmingsplan. Dieren en plantengegevensalsmede in drukken uit vroeger jaren, zijn alle uit het persoon lijk archief van de auteur. Hulst, maart 1979- M.A. Buise, Julianalaan 11, 45&1 JA Hulst. BIJLAGE: Vogellijst. tot en met 1978 DODAARSIn de beginjaren zestig zelden op het ondergelopen wei land BLAUWE REIGER: Het gehele jaar door 1 of meer vissende ex. PURPERREIGER: 1 waarneming plm. 19^4. ROERDOMP: Begin jaren zestig enkele malen waargenomen s'ochtends vroeg. WILDE EEND: Gehele jaar door te zien. Broedvogel met 2-3 pr. Afgenomen WINTERTALING: Tot 1972 vrij regelmatig in de winter met enkele tientalle ex. Tegenwoordig onregelmatige gast. ZOMERTALING; voormalige broedvogel. Sedert 1972 niet meer gezien. SMIENT: Beginjaren zestig in de winter vrij talrijk. Sedert 1971 niet meer gezien. PIJLSTAART: Tot 1970 enkele waarnemingen uit de wintermaanden. SLOBEEND: voormalige broedvogel. Zeldzame wintergast en doortrekker BERGEEND: Onregelmatige gast. 1 broedgeval in 1975- KOLGANSVaak overvliegend ex maar geen pleisteraars, aan de grond. 1 90

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1979 | | pagina 32