RIETGANS: Overvliegende ex. Soms aan de grond 10-tal.).
BUIZERD: 1 waarneming uit het najaar van 1976.
BLAUWE KIEKENDIEF: Onregelmatige bezoeker in winterhalfjaar.
BRUINE KIEKENDIEF: 1 waarneming uit het najaar van 1978.'
TORENVALK: Regelmatig een of meer jagende vogels. In 1976 is t-v
kast opgehangen maar nog geenresultaat
PATRIJS: Broedvogel met enkele paartjes.
WATERRAL: eenmaal gehoord op 10-8-75-
WATERHOENGehele jaar door te zien, s'winters tot 50 ex. bijeen.
Broedvogel met 5-7 paar.
MEERKOET: Onregelmatige gast.
SCHOLEKSTER: In sommige jaren broedvogel met 1 paar zoals in 1967*
1968, 1971, 1975, 1977 en 1978.
KIEVIT: Vrijwel het hele jaar door te ziensWinters in groepen
tot 40-60 5x. Bij strenge vorst afwezig. Broedvogel die af
neemt. 1967 nog 11 pr. daarna afgenomen tot 6 pr in .1978),
GOUDPLEVIER: Tijdens de najaarstrek een enkele keer op de weide.
WATERSNIP: Vroeger een talrijke wintergast en trekker. Thans in
gering aa'ntal aanwezig vnllangs de greppeltjes.
BOKJE: Een enkele keer tijdens de najaarstrek in de greppeltjes.
WULP: Jaarlijks 1 of meer pleisteraars aanwezig gedurende de
winter
REGENWULP: 2 waarnemingen tijdens de najaarstrek.
GRUTTO: Eind jaren zestig niet jaarlijkse broedvogel-Sinds 1971
niet meer. Een enkele keer op trek.
OEVERLOPER: 1 waarneming.
WITGATJE: 1 waarneming uit -04-77-
TURELUUR: Voormalige broedvogel. De laatste 6 jaar nauwelijks
meer gezien op trek.
GROENPOOTRUITER2 waarnemingen uit de laatste 7 jaar.vroeger
frekwenter
ZILVERMEEUW)
STORMMEEUW Deze meeuwen kunnen vrijwel het hele jaar door worden
KOKMEEUW aangetroffen op en nabij de kreek. Was toen de vuil-
stort in het Steensche Gadt nog in gebruik was (zowel
legaal als clandestien) talrijker.
HOLENDUIF: Tot het rooien van de knotwilgen aan de Galgekreek een
broedpaar aldaar. Soms enkele fouragerende vogels
HOUTDUIF: Gehele jaar door aanwezig: 10-40 ex. Jaarlijkse broed
vogel
TORTELDUIF: Vrij geregelde gast tijdens zomermaanden. Voormalige
broedvogel.
TURKSE TORTEL: Regelmatig enkele ex. In 1973 broedvogel.
KOEKOEK: Regelmatige zomergast.
KERKUIL: In de vroege en late uren vrij regelmatig 1 of 2 jagende
ex. te zien.
STEENUIL: Voormalige broedvogel. De laatste 10 jaar nog wel af en
toe te horen.
GIERZWALUW: Tijdens de zomermaanden jagende vogels. Broedvogel in
de omgeving.
GROTE BONTE SPECHT: enkele waarnemingen uit het winterhalfjaar.
IJSVOGEL: Zeldzame verschijning: 2 waarnemingen.
VELDLEEUWERIK: Vrij talrijke Lroedvogel: in 1975 plm. 9 posten,
in 1978 plm. 8.
1 9 1