leeuwerik 7, Zwarte Kraai 2, Blauwe Kiekendief 1, Kolgans 126, Goudplevier 20, Kauw 25, Waterhoentje 24, Fazant 14Kluut 30, Ekster 10. Voorts in onbekende aantallen: Meerkoeten, Wilde Eenden, Kuif- eenden, Kieviten, Kokmeeuwen, Zilvermeeuwen, Oeverlopers. Gehoord: Groene Specht, Waterral, Grote Lijster, Winterkoninkje, Roodborst Edie Bogaert, Hulst. SAEFTINGHE-EXCURSIE 16 februari 1980. Om 9 uur verzamelden zich maar liefst 50 deelnemers op Emmahaven voor een tocht door het westelijk deel van Saeftinghe o.l.v. Richard Bleyenberg. Tot grote hilariteit van vele deelnemers be gon de tocht reeds met het oversteken van een geul. Al snel wees Richard ons op de paarvorming van de Wilde Eend, een soort die over niet al te lange tijd reeds aan het nest begint. Ook wees hij ons op vraat van eenden aan de jonge scheuten van de zeeaster. Zij vreten deze plant af tot tegen de grond. Bij het oversteken van een geul werd er halt gehouden bij enige schuilplaatsen van krabben onder in de steile wand. Deze schuil plaatsen bestaan uit kloven in de harde lagen van de geulwand. Bij deze schuilplaatsen wees hij ons op de sporen van een gevecht. Hier was door een zilvermeeuw en een krab het spelletje van kat en muis gespeeld. Hierbij werd de Zilvermeeuw als "kat" aangeduid. Op een gegeven moment hield Richard halt bij een op het oog gewone plek met zand. Hij verbood het ons zelfs er op te trappen. Hij stak er met zijn hand een steek uit en toonde ons de poreusheid van de ze speciale zandplek. Als je er op trapt, dan zak je er een paar centimeter in. De Zeeuwen noemen dit zand "Papieren zolder", van wege de poreusheid. Ook wees hij ons op de gelaagdheid van het schor. Hij vertelde, dat zo'n laag in 24 uur gevormd of afgebroken kan worden. In een stuk turf vonden we vele gaten van een bij ons nagenoeg uitgestorven mosselsoort, nlde Boormossel. Deze soort heeft een zeer poreuze schelp en boort zich ongeveer 10 cm in de turf. In deze turfblokken vonden we nog de overgebleven schelpen. Het aantal vogels was veel kleiner in vglmet vorig jaar. Vooral de Ganzen, Smienten en Pijlstaarten lieten het afweten. Toch is het mede door de verhalen van de excursieleider een zeer interessante en leerzame tocht geweest en we hebben weer eens genoten van de schoonheid en ongereptheid van dit unieke gebied. Vanwege het hoge tempo op deze zeer zware tocht kwamen we ver moeid terug op Emmahaven, waar velen zich tegoed deden aan een consumptie in het cafe. Waargenomen soorten: Groenling 14; Zilvermeeuw tientallen; Piepers (welke soorten werd niet ondersch.) 14; Zwarte Kraai 1; Scholekster tientallen; Wulp 167; Wintertaling 11; Tureluur 4; Buizerd 1; Bonte Kraai 12; Bergeend 77; Kievit 101; Rietgors 20; Smient 30; Watersnip 1; Pijlstaart 1; Grauwe Gans 14; Kolgans enkele. Peter Dobbelaar. 82

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1980 | | pagina 20