ruime tyd flink gemest en gespoten (tegen alles behalve gras)
hetgeen zich reeds heeft gemanifesteerd ip een ontstellende
achteruitgang van de orchideeën: Zo stonden er volgens de heer
F.K.Haak uit Hoek een paar jaar terug nog plm 150 Harlekijnor
chissen, nu nog maar 8 stuks»
Enige vorm van bescherming, voor dit in ons gewest zeldzaam ge
worden vegetatietype, zou dringend gewenst zijn, bij voorkeur
door aankoop of beheer door een natuurbeschermings organisatie.
In het verleden is hierover al eens contact opgenomen met de
eigenaar, het waterschap "De Verenigde Braakmanpolders", maar
men reageerde toen negatief, ook de huidige gebruiker van het
hooiland staat zeer negatief tegenover elke vorm van bescher
ming. Vooralsnog weinig hoopgevende vooruitzichten voor dit
hoekje. Indien er in de huidige situatie geen verandering komt
zal het niet lang meer duren of in de rubriek "Verlies en Winst"
van de Steltkluut kan weer een nieuw verliespunt worden geno
teerd.
M.A.Buise, Julianalaan 11, 4561 JA Hulst.
WAAIERSTAARTRIETZANGER, Braakman-Noord13-1-1980.
Op zondag 13-1-80 bevond ik mij in de uiterste NW-hoek van de
Savoyaards in de Braakman. Hier zag ik een vogeltje ter grootte
van een Winterkoning. De grootte schatten was erg goed te doen
omdat een Winterkoning het vogeltje achtervolgde. Het diertje
had een opvallend zwart-rossig gestreepte rug; dit in tegenstel
ling met de onderzijde, die licht van kleur was. Alleen de flan
ken en in minder mate het borstje waren rossig gekleurd evenals
de staartwortelHet vogeltje had een spitse snavel, lichtbruine
poten, een wittig keeltje en een kort staartje. Dat laatste werd,
als het dier zat en een kenmerkend geluid maakte, heen en weer
bewogen. Het meest kenmerkend was wel de fladdervlucht; tijdens
de vlucht viel het afgeronde staartje op. Het vogeltje hield
zich op tussen hoog gras, zeebies en vnlriet; waar het behen
dig in hing als een Rietzanger. Van die soort had het ook wel
iets weg, maar het had geen oogstreepje en het was kleiner. De
waarneming was wegens de geringe schuwheid mogelijk tussen twee
tot zes meter, gedurende tien minuten kon ik de vogel gadeslaan.
Volgens mij betrof het een Waaierstaartrietzanger
Temp.: - 3 gr C; wind 0N0 3~4; onbewolkt; geen neerslag.
HCastelijns Kasteelstraat 25 Philippine.
Opmerking:
In zijn boek: Deltas Vogels van Europa, schrijft Roger Arnhem
over deze soort o.a.:
- Deze typische zuidelijke soort is erg vruchtbaar en heeft van
de opeenvolgende zachte winters geprofiteerd: vanaf de streken
langs de kusten van de Middellandse Zee heeft hij zich uitge
breid naar de valleien van de rivieren, naar hogergelegen ge
bieden, met hier en daar een geisoleerd paartje in noordelijke
richting. In Bretagne vestigde de soort zich in 1970, vervol-
8 7