3)Betreding. De gebieden A, D en E zullen betreding maar slecht verdragen. Het niet betreden van de gebieden D en E heeft tot gevolg dat langs deze terreinen niet meer zal gevist kunnen worden. Mijns inziens blijft er voldoende kreekoever over om aan de sportvisserij-behoefte te kunnen voldoen. In het broedseizoen zijn echter verder onder deze beschermingsvorm ook de gebie den A en B te rangschikken. Gelukkig kwamen tot nu toe hier nog niet veel mensen, dus een speciale bescherming tegen be treding zal hier niet direct nodig zijn. 4)Parkeren van auto's. Mijns inziens is aan de zuidkant van de Oostdijk voldoende parkeergelegenheid (hier kunnen de auto's ook weinig kwaad). Bovendien kunnen verder auto's geparkeerd worden aan het einde van de onverharde weg en aan de dijk in het noorden langs de verharde weg daar (zie op de kaart de blauw omlijn de gebieden)Langs de onverharde weg zou het parkeren moe ten worden vermeden, daar de vegetatie daarvan sterk te lijden heeft. 5Maaien. De rietkraag langs de gebieden D en E moeten wel gemaaid worden om de uitbreiding van het riet te voorkomen en om verruiging tegen te gaan, MAAR HET STROOISEL MOET WEL AF GEVOERD WORDEN!Door het laten liggen van het maaisel treedt snelle verruiging en verdringing van de oorspronke lijke vegetatie op, wat moet worden vermeden. Ook het hooi land A moet gemaaid worden (in het najaar), en het strooisel moet opnieuw afgevoerd worden. Afbranden moet volledig ver meden worden! Al deze beheersmaatregelen moeten toch eenvoudig te realiseren zijn door duidelijke afspraken te maken met de boeren uit de omge ving, toch zeker wat betreft de punten 1)., 2). en 5)- Ook de andere punten lijken mij op 'korte termijn realiseerbaar. Eventuele nadere informatie of vragen kunt U richten aan: Maurice Hoffmann, Olmenstraat 2, 4537 VT Terneuzen. (tel. 01150-13372) Literatuur. - De Langhe J.E., 1978. - Nouvelle flore de la Belgique, du G.D. de Luxembourg, du Nord de la France et des regions voisines, 2 druk Patrimoine du jardin botanique national de Belgique. - Heimans, E., Heinsius, H.W., Thjjsse, Jac.P. - Geïllustreerde flora van Nederland, 21e druk 1965» W.Ver8luys B.V., Amsterdam. - HeukelB - van Ooststroom, 1977 - Flora van Nederland, 19 druk, Wolters-NoordhoffGroningen. - Kruine, A.A., 1972 - Vegetatieve herkenning der voornaamste water- en oeverplanten. Centrum voor land- bouwpublikaties en landbouwdocumentatie Wageningen. - Kruine, A.A., de Vries, D.M.1978 - Vegetatieve herkenning van onze graslandplantenH.Veenman en zonen B.V. Wageningen. - Kuipers, Th.J., 1974 - Landschappelijke en natuurwetenschap pelijke waarden in de "Verenigde Braakman- polders", Stichting Zeeuws coordinatie- orgaan voor Natuur-, Landschap- en milieubescherming. g - Landwehr, J., 1977 - Atlas van de Nederlandse grassen, 2 op lage, Thieme Zutphen (bibliotheek van de K.N.N.V.). - Landwehr, J., 1978 - Wilde orchideeën van Europa, deel I en II Vereniging tot Behoud van Natuurmonumen ten in Nederland. - Tutin, T.G., Jermy, A.C., 1977 - British sedges, a handbook to the species of Carex found growing in the British Isles, 4 druk, Botanical society of the British Isles London, 116

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1980 | | pagina 22