de voorzitter van de Italiaanse jachtvereniging, de Heer
Caiati. WWF-Italië benadrukt, dat de functie van de Heer
Caiati voor hen reden is om in geen geval wat voor soort
WWF uitreiking dan ook van de zijde van het WWF-Italië mo
gelijk te maken. Aan de diverse redacties is om rectifica
tie verzocht.
Wij vertrouwen U hiermee naar genoegen te hebben geïnfor
meerd. W.g.: E.F.Elzenga, Hoofd Algemene Zaken.
Opm. redactie: Wij hadden het uit de Mededelingen van Mon
diaal Alternatief, die ons regelmatig worden toegezonden.
KLEINE ELEMENTJES
Aan de dijk tussen de Eeckenisse-
en de Oude G-raauwpolder nabij Ro-
versberg, heeft destijds een wonink
je gestaan. Het is al jaren afgebro
ken en de grond - ca 1200 m2 - werd
gelijk met de aan drie zijden aan
palende dijk beweid. Eigenaar was
de heer E. van Sikkelerus. 'Omdat
tegen de kosten (polder- en-ruil-
verkavelingslasten) geen inkomsten
stonden, was- het bezit een"last en
niet langer een genot voor hem.
-Verkopen kon niet omdat het deel-
uitmaakte van een onverdeelde boedel; verpachten kon wel.
Om te voorkomen dat het een weekendstekje zou worden en
vooral omdat bij juiste inrichting en beheer kleine land
schapselementen bijzonder waardevol zijn, zeker in groot
schalige gebieden, besloten we het in juli 1979 te pachten.
Enkele maanden nadien echter .verongelukte de -verpachter en
de erfgenamen boden het ons te koop aan. We kochten h'et met
de bedoeling het over te dragen aan Zeeuws landschap, om
dat wij zelf niet over de mogelijkheden beschikken het te
beheren. Intussen trad de Nota Invloedssferen in werking,
de afspraak tussen ZI, SBB en NM, wie waar bezit en beheer
zou verwerven. Ons gebiedje valt in de invloedssfeer van
SBB. We boden het, met een inmiddels door,-JVNeve opgesteld
beplantingsplan aan SBB aan. Men besloot het:-te kopen en en
ons beplantingsvoorstel over te nemen. Behoudens een enkele
knotpopulierwat resten mei- en sleedoorn, enkele vlieren
en een hopplant groeit er weinig bijzonders (zie fotoblad).
Zelfs geen Maarts viooltje, in tegenstelling tot de aanpa
lende dijk waar hele velden staan. Uit onze inrichtings-
schets blijkt dat we knotwilgen aangeplant willen zien, de
heg aangevuld en gerestaureerd en verder dat er wat vrucht
bomen komen, waardoor het gebiedje vooral voor overwinte
rende lijsterachtigen aantrekkelijk kan worden, hetgeen ze
ker bevorderd wordt door de afgelegen ligging.
7