Het Verdronken Land van Saeftinghe
OP DE TÜRFBANKEN VAN SAEFTINGHE
Verslag van een drietal exploratietochten (21-22-23 dec.1979) op
de veenlagen van het Verdronken Land van Saeftinghe, met een korte
beschouwing van de resultaten.
In het Verdronken Land van Saeftinghe komt op twee plaatsen langs
de laagwaterlijn de bovenkant vrij van de veenlaag die zich onder
een groot gedeelte van dit gebied (fig.A) en de rest van Zeeuws-
Vlaanderen uitstrekt. Deze laag is er sterk aan afslag onderhevig
want beide plaatsen liggen in een buitenbocht van de hoofdstroom
geul van de WesterscheldeDe oever heeft er dan ook een klifach
tig voorkomen (foto 2). De dikte van de turf kan er variëren.
Zo is de laag voor het Konijneschor plm 0.5 -1.0 meter dik.
Voor de Marlemont loopt dit op tot maximaal 3»0 meter. Om en aan
de oostkant van Saeftinghe is deze gemiddeld tussen de 1.5 - 2„5
meter, dik.
In en op de turf bevinden zich talloze stammen, stronken, wortels
etco van geboomte. Nu hadden we ons al vaker afgevraagd hoe oud
deze bomen zouden zijn en welke soorten het betrof. Het doel van
deze tochten nu, was het nemen van houtmonsters
Het Biologisch Archeologisch Instituut (BAl) te Groningen hadden
we bereid gevonden het door ons verzamelde materiaal te determine
ren. Ouderdomsbepalingen konden er jammer genoeg niet worden uit
gevoerd. Voor de resultaten zie tabel achteraan. De codenummers
van de monsters zijn terug te vinden in fig.A.
Fig. A VEENKAART
De profiellijnen
geven de dikte
aan van het veen-
pakket in meters.
ntiiii grens Af
zetting van Calais
bovenkant
dekzandrug