4 voorzien van z.g. gesloten ringen, zijn de laatste jaren aan leden van de twee grootste organisaties van vogelhouders Vogel vergunningen D verleend. Opgezette vogels Het te koop vragen, kopen, vervoeren en onder zich hebben van geprepa reerde beschermde vogels is alleen toegestaan indien deze zijn voorzien van een metalen merkteken van een officieel vastgesteld model. Dit merkteken wordt aan opgezette beschermde vogels gedaan door de houders van een Vogel vergunning B-l (de z.g. erkende preparateurs). Voor het naar deze preparateurs vervoeren van dood gevonden beschermde vogels is een Vogelvergunning C-2 vereist, die kan worden afgegeven door elke bevoegde opsporingsambtenaar (bijv. Rijks- en Gemeentepolitie). De vogels moeten daarbij worden getoond. Valkerij Als vogels voor de jacht zijn de Havik en de Slechtvalk aangewezen, die door de Nederlandse valkeniers voor de jacht worden gebruikt. Daarvoor is een Vogelvergunning vereist, die onder bepaalde, strenge voorwaarden kan worden verleend. Zo moet men voldoende kennis en ervaring hebben en over voldoende huisvesting voor de te gebruiken vogel(s) en een jachtveld beschikken. Er worden geen vergunningen verleend voor het z.g. uithorsten (uit de nesten halen) van de jachtvogels. De voor de valkerij gebruikte Haviken en Slechtvalken worden verkregen door invoer (op vergunning) uit landen waar de bescherming minder streng is of waar deze vogels worden gekweekt. Nesten in of aan gebouwen Op grond van artikel 20 van de Vogelwet mogen de gebruikers (of hun last hebbers) van gebouwen of binnenplaatsen de zich daar bevindende nesten van beschermde vogels verstoren. Onder verstoren moet hierbij worden verstaan het opruimen van de nesten en de eieren die zich daarin bevinden. Het doden van jonge vogels is niet toegestaan. Vogelvergunningen F De Vogelwet kent een groot aantal soorten vergunningen, waarvan er enkele al zijn genoemd.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1981 | | pagina 22