5 Een belangrijke vergunning is die welke op grond van artikel 21 kan worden verleend in het belang van de vogelstand, de opvoeding of de wetenschap. Deze "Vogelvergunning F" kent weer een onderverdeling; enkele van de belangrijkste vergunningen worden hieronder genoemd. Als vergunning in het belang van de vogelstand geldt de Vogel vergunning F/A (z.g. vogelasielvergunning) die het de houders toestaat zieke, gewonde of anderszins niet-valide beschermde vogels te houden, met het doel deze te revalideren en weer in vrijheid te stellen. Aan de belangrijkste dierentuinen is een Vogelvergunning F verleend voor het houden van een meestal beperkt aantal beschermde vogels. Een belangrijke wetenschappelijke vergunning is ook de Vogel vergunning F/R, die wordt verleend aan de vrijwillige medewerkers van het Vogeltrek station te Arnhem. Deze "ringers" mogen beschermde vogels vangen om ze te voorzien van een ring, op voorwaarde dat de gevangen vogels direct na het ringen worden losgelaten. Uit de terugmeldingen van geringde vogels wordt een beeld verkregen van de trekbewegingen en de leeftijd van vogels. Verder kunnen er Vogelvergunningen F voor alle bij de Vogelwet verboden handelingen worden verleend in verband met wetenschappelijk onderzoek. Doorgaans worden deze vergunningen alleen gegeven aan medewerkers van de belangrijkste instellingen die zich met ornithologisch onderzoek bezig houden. Vogelvergunning H Indien beschermde vogels schade (bijv. in de landbouw) veroorzaken, dan kan een Vogelvergunning H worden aangevraagd om deze vogels te vangen of te doden of om hun nesten te verstoren. De Vogel vergunningen H worden verleend door de Commissarissen der Koningin, die daarover advies vragen aan het Ministerie van C.R.M.. Het gaat hierbij voornamelijk om Turkse tortels, Waterhoentjes, Knobbel zwanen en Blauwe reigers. Sinds enkele jaren bestaat er ook een mogelijkheid een financiële vergoe ding te krijgen voor schade aangericht door beschermde vogels. Strafbepalingen De maximum boete voor een overtreding van de Vogelwet 1936 bedraagt 300,-. Bij herhaling binnen twee jaar kan echter een hogere boete en een hechtenis van 1 maand worden opgelegd.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1981 | | pagina 23