KLAPROZEN "blok speciaal geïnteresseerd bent, is het mogelijk om een over zicht te krijgen van wat er tot nu toe van dat blok bekend is. Dan is het gemakkelijker om te zien wat er ontbreekt en dat kan dan via gerichte inventarisaties worden weggewerkt. Daarnaast kunnen we gewoon iedere waarneming gebruiken. Iedere waarneming is er één, en kan heel goed een aanvulling zijn op de tot nu toe binnengekomen' gegevens. Het gaat zeker niet alleen om zeldzame vogels. Vooral ook om de wat ""'gewonere" soorten. Vandaar de tweede oproep: zou iedereen die gegevens heeft vanaf oktober '78 deze willen doorsturen? Ze moeten dan wel eerst verwerkt worden op speciale waarnemingskaarten. Die kunt u bij ondergetekende opvragen, alsmede een handleiding, enveloppe, enz. Van waarnemingen van zeldzame soorten moet een beschrijving worden gemaakt, op daar voor bestemde kaartjes. Nadere informatie kunt u krijgen bij Marjon Kint, die het atlasprojekt voor Oost Zeeuws Vlaanderen coördineert. Daar kunt u ook het benodigde materiaal opvragen: Leidinglaan 46, 4541 CT Sluiskil, tel.: 01157 - 1J223 Wij rekenen op uw medewerking! Peter Maas. Iedereen kent wel deze prachtige planten met hun grote rode bloe men, maar niet ieder weet dat er hier drie verschillende soorten klaprozen voorkómen. Reden waaron we deze soorten eens wat nader bekijken. Alle klaprozen hebben vier rode kroonbladen en twee groene kelk bladen die bij het ontluiken van de bloem als een muts op de kroon bladen zitten en bij het opengaan van de bloem afvallen. Bij alle soorten vinden we ook in de bloem veel meeldraden, terwijl de stempels als donkere stralen op zaaddoos zichtbaar zijn (stem pelstralen,) .Het aantal van deze stempelstralen is echter per soort verschillend evenals de vorm van de zaaddoos (doosvrucht^. Bij de rijpe zaaddoos komen onder de rand van het deksel kleine gaatjes en hierdoor worden de zaden door de wind verspreid. Alle klaproossoorten zijn akkerplanten, d.w.z. zij houden van een soort grond die vaak omgewoeld wordt (gestoorde grond), maar met het huidige akkerbeheer moeten we deze planten niet meer zo zeer in het koren zoeken, maar in bermen waar de laatste jaren grond werkzaamheden hebben plaatsgevonden'. Na deze algemene kenmerken gaan we de verschillen per soort eens bekijken a) De Gewone klaproos. Dit is de meest voorkomende soort en tevens de soort met de grootste bloemen. Bloeitijd juni-juli. De vier grote, dieprode kroonbladen overlappen elkaar en hebben aan de voet een zwarte vlek. De doosvrucht is ongeveer even lang als breed en heeft ongeveer tien stempelstralen. 1 03

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1982 | | pagina 25