ie NOG STEEDS BAARDMEES EARMSIJS: KEEP: SNEEUWGQRS 12, 6, 4, 2, 2, 3, 22, 2, 6» 9 19-12-81, Braakman noord, CR+HC. 1-1, Vlaamse Kreek, JvHo 2-1, Vlaamse Kreek, JvH. 24-1, Vlaamse Kreek, JvH. 30-1 en 31 1 Vlaamse Kreek, JvII. 7-2, Braakman noord, KC 11-1, Veekhoek, JvH.. 16-1, Saeftinghe, AvdW. 3-1, Saeftinghe, JvH+CvH» 21-1, Axelse Kreek, WW. 7-3, Axelse Kreek, WW. HC=H<,Castelijns, CO=C.Ohrie, AB=A.Bombelijn, iYTC=M-. Castelijhs JP=J PoortvlietWC=W„ Castelijns WW=W.Wisse, CR=C .Riemslag, WB=W.BomtelijnAvdW=A.v.d.Wiel, JvH=J .v.Hooije THvdW=Th.v.d.Wiel, GvdW=G.v.d.WielPS=E.StevensMvdV=M.v.d.Ven, PE=P.Everaert CvH=C .v.HooijeBdV=B.de Vliegher, TY=--T YsehaertMD=M.Dobbelaar Op 18 april 1981 vond ik op een stuk bouwland aan het Perebooms- gat bij Koewacht een, op 't eerste gezicht onbeschadigd, dood vrouwtje van de Bruine kiekendief. Op circa 200 meter afstand vond ik ook nog een dode kraai, terwijl ik de volgende dag op nog geen 1'00 meter van de vindplaats van de dode kiekendief een zwarte kraai, betrapte bij het oppeuzelen van twee eieren. Deze gebeurtenissen riepen bij mij het schrikbeeld van een mogelijke vergiftigings-campagne op. Daarom zowel de bruine kiekendief als de restanten van de eieren voor nader onderzoek opgestuurd naar het C.D.I. (centraal dierge neeskundig instituut) De uitslag was duidelijk: "Bruine kiekendief, vrouwtje aan_de_leg, afgeschoten door hagel". In de meegestuurde ei-resten kon, gelukkig, geen vergif worden aangetoond Uit de telefonische toelichting van het C.D.I. (Dr.Smit) bleek dat de kiekendief was gestorven aan een inwendige bloeding. Eén van de twee hagelkorrels (0 2.8 mm) had n.l. een nier door boord. Dit betekent dat deze vogel na 't fatale schot nog circa een uur geleefd heeft en ook nog heeft kunnen vliegen, zij is dan ook zeer waarschijnlijk niet ter plaatse van de vindplaats afge schoten Nadere gegevens: De Bruine kiekendief broedt reeds 2 a 3 jaar in een rietveld in de Nieuwe Karnemelkpolder te Koewacht. Het neer schieten van dit wijfje (aan de leg) heeft een abrupt einde aan een nieuwe broedpoging gemaakt. Het mannetje is die hele zomer zijn territorium trouw gebleven, en herinnerde mij door zijn eenzame aan wezigheid steeds weer aan die trieste vondst. Ransuil Half mei 1981 gewond gevonden aan de Belgischekant van het Pere- boomsgat (vleugel kapot geschoten) door een inwoner van het ge hucht Pereboom. Deze Ransuil is via de beheerder-van de bossen 109

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1982 | | pagina 31