VOGELNIEUWS tussen Moerbeke en Wachtebeke terecht gekomen in het Zwin, waar hij/zij nu als attraktie in een van de kooien zijn verdere leven moet slijten. Deze opmerkelijke voorvallen zijn zowel aan de Nederlandse Veld politie als het bestuur van Waters en Bossen te Gent (b) doorge geven en tonen maar weer eens duidelijk aan dat natuurbescherming geen overbodige luxe is, zolang er zoals in dit geval nog steeds lieden rondlopen die kennelijk niet gesteld zijn op enig herstel van het natuurlijk evenwicht. L.G.Persijn, Landluststraat 14 4337 KC Middelburg. Waarneming van een Steenarend in de Braakmanpolder. Op zondag TO januari jl. omstreeks 16.00 u. bevond ik mij op de westelijke dijk van de spaarbekkens toen ik aan de oostelijke zijde een grote roofvogel met een krachtige vleugelslag zag vliegen. Onmiddellijk begaf ik mij in de richting van deze vogel. En kreeg hem weer in de kijker 8.5 x 44 toen hij boven het nabij de ingang van de spaarbekkens gelegen dennenbosje vloog. Ik bevond mij toen naar schatting op ruim 100 m afstand van de vogel. Deze vloog en ige tijd boven het dennenbosje van waaruit gealarmeerde kraai en duifachtige"] wegvlogen. Vanuit het dennenbosje kwam een Buizerd die van onder op de grotere roofvo gel invloeg. Deze stak zijn grote klauwen uit, nu was goed te zien dat hij een "broek" had. Dit herhaalde zich nog een keer waarna beide vogels achter het den- denbosje verdwenen. Even later kwam eerst de Buizerd te voorschijn en daarna de grotere roofvogel. Omdat beide] nu inhielden kon ik het vliegbeeld vergelijken. De vol gende verschillen vielen op: - staart van Buizerd duidelijk korter dan van grotere roofvtogel, echter beide op dezelfde wijze eindigend - vleugelpunten van de grotere roofvogel meer naar boven en ook schuin naar voren wijzend - vleugels van de grotere roofvogel waren ruim 1/3 langer dan die van de Buizerd. De kleur van de grotere roofvogel was evenals die van de Buizerd overwegend donkerbruin. Zowel op de onderkant als de bovenkant van de vleugels en de staart was geen opval lend kleur verschil waar te nemen. Volgens mij betrof het hier een adulte Steenarend, de kenmerken waarop ik deze determinatie baseer zijn onderstreept. Op het moment van mijn waarneming be vond ik mij in het gezelschap van Camiel Obrie. Deze man die geen vogelkenner is, was opgevallen dat de vogel een buizerdachtig uiterlijk had en belangrijk groter was. Henk Castelijns. 110

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1982 | | pagina 32