Artikel 3a
DISTELVERORDENING ZEELAND 1963 VIII.3.2
BESLUIT der staten van 5 november 1963, no. 23, houdende vaststelling van
een verordening op de bestrijding van distels in de provincie Zeeland (provin
ciaal blad no. 63 van 1963), gewijzigd bij besluit van 22 april 1977, no. 13
(provinciaal blad no. 27 van 1977).
Artikel 1
Onverminderd het bepaalde in artikel 4, par. 2, sub d, van het Wegenregle
ment Zeeland en artikel 6, par. 2 van het Reglement van politie op de water
kering en de waterbeheersing in Zeeland, is de gebruiker of, bij gebreke van
deze, de eigenaar van gronden verplicht deze te zuiveren van de distelsoorten
cirsium arvense (akkerdistel) en de sonchus arvensis (akkermelkdistel) voordat
deze tot bloei komen.
Onder eigenaar wordt in deze verordening ook verstaan degene, die de eige
naar bij het beheer vertegenwoordigt en voorts een ieder, die krachtens enig
zakelijk recht, bezit daaronder begrepen, beschikking heeft over gronden.
Artikel 2
Indien burgemeester en wethouders der gemeente in welke de gronden liggen,
al dan niet na overleg met of verkregen advies van de hoofdingenieur-directeur
voor de bedrijfsontwikkeling, van oordeel zijn dat de bij artikel 1, le lid opge
legde verplichting niet of niet behoorlijk wordt nagekomen, zenden zij de ge
bruiker of bij gebreke van dien de eigenaar, bij aangetekende hrief of tegen ge
dagtekend ontvangstbewijs, een schriftelijke lastgeving om zijn gronden bin
nen een in die lastgeving genoemde termijn van distels te zuiveren.
Artikel 3
Indien de gebruiker, of bij gebreke van dien, de eigenaar nalaat om, binnen de
krachtens het vorig artikel gestelde termijn, gevolg te geven aan de hem ver
strekte last, kunnen burgemeester en wethouders, bij de uitoefening van de
voegdheid als bedoeld in artikel 152 der gemeentewet, gebruik maken van de
voor de zuivering van gronden in het bijzonder aangewezen middelen. Spoed
eisende gevallen uitgezonderd, gaan burgemeester en wethouders daartoe niet
over, dan nadat de belanghebbende schriftelijk is gewaarschuwd.
Het Staatsbosbeheer kan voor natuurgebieden en de n.v. Watermaatschappij
Zuid-West Nederland kan voor waterwingebieden van de in artikel 1 bedoelde
verplichting tot bestrijding ontheffing aanvragen bij gedeputeerde staten.
De ontheffing moet vóór 1 april worden aangevraagd en geldt voor ten hoog
ste één jaar; gedeputeerde staten beslissen zo spoedig mogelijk en bepalen de
ingangsdatum van de ontheffing.
De aanvrage moet:
- in viervoud worden ingediend;
- voor akkoord zijn getekend door de hoofdingenieur-directeur voor de be
drijfsontwikkeling en de gewestelijke raad voor Zeeland van het landbouw
schap, bij niet ondertekening van één van deze instanties of van beiden zen
den gedeputeerde staten de aanvrage voor ontheffing om advies aan dege-
ne(n) die de aanvrage niet heeft (hebben) ondertekend; dit advies of deze
adviezen dient (dienen) binnen 14 dagen na verzending van de aanvrage te
worden uitgebracht;
- vergezeld zijn van een kaart, in viervoud, waarop het gebied, waarvoor de
ontheffing wordt gevraagd, duidelijk is aangegeven.
Artikel 4
Met het toezicht op en de zorg voor de naleving van de bepalingen dezer ver
ordening zijn, behalve de bij artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering
aangewezen personen, belast de ambtenaren der gemeentepolitie, de ambtena
ren van de Provinciale waterstaat, de ambtenaren van de algemene inspectie
dienst van het Ministerie van Landbouw en Visserij, alsmede zij, die daartoe
door Gedeputeerde Staten worden aangewezen.
Zij hebben daartoe tussen zonsop- en ondergang het recht van vrije toegang
tot alle gronden.
Artikel 5
Voorzover rechtspersonen tot naleving van het in deze verordening gestelde
zijn gehouden, zijn bestuurders, leden van het bestuur of commissarissen ver
plicht voor die naleving zorg te dragen.
Overtreding van de bepalingen dezer verordening, waaronder het niet voldoen
aan een lastgeving, als bedoeld in artikel 2, wordt gestraft met hechtenis van
ten hoogste twee maanden of geldboete van ten hoogste drie honderd gulden.
Artikel 6
Deze verordening kan worden aangehaald als "Distelverordening Zeeland
1963".