In hoeverre er door het ophangen van nestkasten een af- schrikwerking is, is ons nog niet bekend. Totaal is er dit jaar slechts één broedsel mislukt. Kast 103 werd voor het derde achtereenvolgend jaar met ei eren door de bewoners verlaten. Blijkbaar kan deze Torenvalk slecht wennen aan de drukte die op het erf van een boerderij heerst In 1980 zijn er geen terugmeldingen ontvangen van geringde vogels. Dit betekent dat van de in totaal 193 pulli6 1e k.j. en 1 adult die door G.Sponselee zijn geringd slechts 15 zijn teruggevondenEen laag percentage (7.5$) als we b.v. vergelijken met de resultaten in het Noordhollands Noorderkwartier. Hier kreeg men een terugmeldingspercentage van 14.83$ hetgeen goed overeenkomt met het landelijk ge- middlde van 13.63$. Dat wil zeggen 1 op de 7 geringde Torenvalken wordt teruggevondenNu is het wel zo dat men in oostelijk Zeeuws-Vlaanderen nog maar sinds kort (4 jaar) aktief ringt. De gegevens van het Noordhollands Noorder kwartier zijn over een periode van 18 jaar n.l. 1960 t/m 1977 (Versluijs en Verhoeven, 1978). BEKENDE BROEDGEVALLEN IN 1 980 (x) jongen geringd Wildnesten: aantal jongen onbekend nr Plaats soort nest j onge 1 Nieuw Neuzenpolder D0¥ destillatiekolom 5 2. Brug Sluiskil bovenbalk brug 3. NSM Sluiskil ketelhuis 2 4. CPC Sas van Gent eksternest 5. Clinge nok hangaar 6. WMZ St.Jansteen boomnest 7. Braakman kraaienest 8; Braakman spaarbekkens toren 9 9. Waterstraat Hulst boomnest 10. Krekepolder nok schuur 9 1 1 Absdalepolder kelder schuur 9 12. Grote Huijssenspolder nok schuur Nes tkasten nr jongen nr. jongen nr. jongen 54 5 71 3-4 1 2 4 55 5(x) 80 5 (x13 56 3(x72 4 17 3-4 57 90 4 1 9 3 59 1 32 6 20 1 61 114 4 117 67 119 4 37 2-3 62 4 127 6 41 147

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1983 | | pagina 25