Naast deze sombere berichten viel ook een positief punt te melden, nldat de kreek de laatste jaren niet meer veront reinigd wordt door afval water uit Zelzate Ondanks dit alles konden we uitgebreid genieten van de rij ke vogelstand die hier nog te vinden is. Diverse soorten hadden de lente in de kop, zo zagen we baltsgedrag van Fuut, Kievit, Houtduif, Kuifeend, Veld leeuwerik Opvallend in het gebied is het relatief hoge aantal Slob eenden dat hier voorkomt. Dit is ook in andere jaargetij den zo, met name in de winter en najaarperiode kunnen mak kelijk meer dan 100 vogels worden geteld. Jaarlijks worden 2-6 broedpaar geteld, een aantal dat overigens stilletjes- aan achteruit gaat en de laatste jaren zelfs nog lager lag. De als immer interessante en onderhoudende uitleg zorgde ervoor, dat de tijd omvloog en voor we het wisten, bereik ten we de parking. Na de leiders bedankt te hebben ging ieder zijns weegs. Soorten: Fuut 7; Bergeend 48; Wilde eend 65; Slobeend 45; Wintertaling 35Tafeleend 7Kuifeend 60Meerkoet 1 0 territoria 15; Waterhoen 8; Kluut 8; Scholekster 2; Kievit 48 in trope 3 balts; Torenvalk 1Kokmeeuw ca 100; Zilvermeeuw 40 naar zuid ochtendtrek +15 ter plaatse Stormmeeuw 20 tpHoutduif 4 balts 25Holenduif 4 overvliegendWitte kwikstaart op 2 plaatsen gehoord Pimpelmees 1 zang 2Koolmees 1Roodborst 1Heggemus 1Winterkoning 6Spreeuw 20 overvliegendMerel 2 Zanglijster 2; Zwarte kraai 5; Vlaamse gaai 1 Ekster 6; Veldleeuwerik 2 zang steeds overvliegende vogels naar zuidwest; Vink 35 naar ZW (vergelijk windrichting); Rietgors 8; Graspieper 2 roepend; Fazant 3; Huismus 10; Goudhaantje gehoord. Wim Wisse, Herman Heijermansstraat 45» 4532 GJ Terneuzen. PUTTING-HENGSTDIJK 10 februari 1985 Ondanks felle kou (-17°C), harde snerpende wind en spekglad de wegen verzamelden zich om 10.00 uur toch nog 8 personen om een wandeling te maken door de Grote Putting met als hoofddoel ganzen. Haast traditioneel kunnen we wel zeggen werd eerst een be zoek gebracht aan de Doolhof en de Wieg, het wandelbos van Hengstdijk. We werden er niet teleurgesteld: eerst zat er- één, toen waren het er twee en toen ze op de wieken gingen bleken er maar liefst acht Ransuilen in het dichte gebla derte van de zich om de bomen strengelende klimop te zitten suffen. Ook werd er nog een dode muis gevonden (in de steek gelaten door een kat?) wat thuis een Aardmuis bleek te zijn. 6 2

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1986 | | pagina 32