DE STEENUIL IN 1984 DOOR M. BUISE EN R. BLEYENBERG We gingen moemaar zeer tevreden met de overwinning naar huis met het veilige gevoel dat we ons de week na de uit zending zonder ons te schamen in het openbaar konden bege ven Paul Marinissen, Azaleastraat 57» 4537 RA Terneuzen. 1 976 1 977 1 978 1 979 1 980 1 981 1 982 1 983 1 984 Wildnesten 1 3 9 5 1 5 5 9 1 2 9 9 Bew.kasten steenuil 2 4 6 5 7 7 5 5 4 Bew.kasten anders 2 5 3 2 1 3 3 7 4 Kasten onbew./onbek. 2 6 6 8 1 0 7 9 6 8 Kasten totaal 6 1 5 1 5 1 5 1 8 1 7 1 7 1 7 1 6 Geringd - 6 1 2 1 2 1 8+1 1 7 1 3 1 2 1 0 Ontvringen - 1 - - 3 - 1 4 2 Bewoonde S-kasten: S13 4 pulli geringd S14 4 pulli geringd S1 2 2 pulli geringd S22 4 pulli dood In 1984 werden slechts in drie kasten met goed resultaat jongen grootgebracht. Een vierde kast (S22) bleek bij con trole vier bijna volwassen jongen te bevatten die alle een vroegtijdige dood gestorven waren. Kast en jongen waren drijfnat als gevolg van de langdurige regenval van voorgaan de weken. Blijkbaar hangt deze kast ongunstig ten opzichte van de regenval. Ook kast 33 gaf een teleurstellend resultaatOndanks dat er geregeld steenuilen in en op waren gezien bleek deze bij controle maagdelijk. Op Statenboom waaide van kast 42 het dak af en de uilen weken vlot uit naar hun oorspronkelijk stekje in de nok van de schuur. Ditmaal zijn er gelukkig geen jon gen verongelukt Bijzonder leuk was het resultaat van kast 14. Deze zeven jaar oude kast was in het voorjaar wat opgeknapt, het invlieggat verkleind (om Holenduif te weren) en nu voor het eerst be woond. De Holenduif bezette dit jaar minder kasten dan voor heen: in slechts '2 kasten worden jongen grootgebracht. In kast 17 kwam een Spreeuw tot broeden. Navolgende wildnesten werden met zekerheid vastgesteld:

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1986 | | pagina 26