f3
Gebied A
In 1972 hield de Christelijke Jeugdbond van Natuurvrienden
tijdens een zomerkamp te Hulst een telling in het gebied ten.
oosten van de Rijksweg Perkpolder-KapellebrugIn dit gebied
met een oppervlakte van ongeveer 92 KM^ (20$ van de landopper
vlakte van Oost Zeeuws Vlaanderen) werden in 162 kolonies
1980 nesten geteld. Dit is een dichtheid van 21 broedparen
O
per KM en gemiddeld 12,2 nesten per kolonie.
Gebied B en C
In 1974 zijn door leerlingen van de Jansenius Scholengemeen
schap Hulst de nesten geteld in een aantal polders. Het betrof
een gebied ten westen van het kanaal van Gent naar Terneuzen.
In dit gebied (b) werden in 49 kolonies 810 nesten geteld,
waarvan er 561 bewoond werden door de huiszwaluw.
In gebied C ten noord-oosten van Axel werden in 34 kolonies
287 nesten geteld, waarvan 227 bewoond door de huiszwaluw.
In beide gebieden werden in 83 kolonies 1097 nesten geteld.
Dit is gemiddeld 13,2 nesten per kolonie en een nestbezetting
door huiszwaluw van 72
BEBOUWDE KOM LAMSWAARDE
Tellingen van J. de Bakker in de bebouwde kom van Lamswaarde
gedurende de jaren 1980 t/m 1985 gaven de volgende resul
taten
j aar
aantal
aantal
gemiddeld
grootste
kolonies
nesten
per kolonie
kolonie
1 980
14
1 39
9,9
78
1 981
1 1
1 37
12,5
67
1 982
12
1 02
8,5
54
1 983
13
86
6 6
46
1 984
1 3
52
4,0
17
1 985
1 5
38
2,5
7
T.o.v. 1980 is het aantal nesten 73$ gedaald, de grootste
kolonie 90$ en het gemiddeld aantal nesten per kolonie
75$ gedaald.
De kolonie in Philippine (adres onbekend) was niet meer terug
te vinden. Ook bij de tellers van het onderzoek uit 1969
was deze onbekend. Mogelijk betreft het de kolonie Vogel-
schorpolder P158, die bij de gegevens uit 1969 onder Ter-
neuzen vermeld stond.
Van de grote kolonie uit 1969 zijn er nog 4 overgebleven.
Het aantal nesten is 65$ tot 70$ afgenomen. Slechts 1 kolo
nie telde meer dan 100 nesten.
79