vogels zoals daar deze maand o.a. weer waren: Kuifeenden, Tafeleenden, Wilde eenden, DodaarsjesBlauwe reigers, Torenvalken en zelfs Blauwe kiekendieven. Het is dan erg storend om ineens opgeschrikt te worden door een knal en een naderend groepje jagers. Op het land achter de Voorste Kreek stond één strookje groen, ik meen kool o.i.d., 10 meter breed en 50 meter lang. Daar lopen dan 5 personen door waarvan er 4 zijn voorzien van een geweer en één van een jachthond. Over 10 meter breed 4 geweren die allen tegelijk omhoog gaan als er een fazant opstijgt. Zoals iedere vogelkenner weet stijgt een fazant vaak pas op als je zc'n 3 meter bent verwijderd en ze vielen dus ook als hete broodjes uit de lucht.Enorm leuke sport hoor, en ontzettend knap als je een fazant (toch een flinke vogel) op 5 meter af stand neer kunt knallen. Eén van de zes slachtoffers dreigde te ontsnappen na een schampschot maar daar werd de "killer" (hond) op afge stuurd Dat het misschien nodig is om zo af en toe de fazanten stand wat binnen de perken te houden kan ik wel begrij pen, maar om in één maand 4 keer die polder uit te kam menDe laatste 2 keer ging het vooral om hazen aan de manier van jagen te zien.Naar mijn idee bleken de drij vers en schutters toch niet zulke kenners te zijn gezien hun optreden. De supersnelle hazen roken en hoorden de schutters al lang, omdat die geen rekening met de wind richting hadden gehouden. Ze sloegen dan ook niet haaks af voor een plots opstaande jager, zoals deze lui dat het liefst plegen te hebben. Ze verdwenen al buiten schots- bereik in de aangrenzende akkers. Toch werd er nog één haas van achteren geraakt. Er werd toen weer overgeschakeld op fazanten, want de hazen ontsnapten gelukkig (onder ge juich van ons - met de verrekijker machteloos toeziende toeschouwers Maar ja, fazanten waren er bijna niet meer. Van bovenaf be keken zag ik er op de gehele akker één en die werd evenla- ter dan ook prompt te grazen genomen. De Blauwe kiekendief die ook vooral mijn aandacht had verdween gelukkig op tijd, want de jagers wezen er al naar. Op deze dag, oudejaarsdag 1986, sneuvelden er weer heel wat hazen en fazanten in Zeeuws-Vlaanderenwant overal waren jagers in de weer. Voor mij was het weer eens overduidelijk dat jagen niets met sport te maken heeft. Dat die mensen graag buitenzijn kan ik wel begrijpen. Dat is ook fijn,maar waarom dat met het naar mijn idee vaak beulachtigeonsportieve afslach ten van dieren moet gaan is mij niet duidelijk. 1 69

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1987 | | pagina 27