Het belang voor vogels ligt vooral in de functie als fourageergebiedBroedvogels uit de omgeving als Turkse Tortel, Boerenzwaluw, Houtduif, Blauwe Reiger (van Groot Eiland), Spreeuw, Gierzwaluw, To renvalk, Ekster, Zwarte KraaiGrote Lijster en Kauw zijn er dagelijks te vinden. Vooral voor de laatste soort, waarvan er enige tientallen in het centrum van Hulst broeden, is het gebied van be lang. Het voortbestaan van deze populatie hangt on der meer af van voedselrijke graslanden op korte afstand van de nestplaats. In de nazomer zijn er Zilverschoon groepjes Kneuen (tot 30)Spreeuwen (tot 85)Hout duiven (tot 80), Witte Kwikstaarten (tot 10), Kie viten (tot 65) waaronder veel jongen. Ook doortrek kers doen het gebied aan zowel in het najaar als voorjaar: Witgatje (3! op 12 en 13 mei), Oeverloper (1), Paapje (2-3), Tapu.it (1-4), Groenling (tot 150 in september), Watersnip (tot 43' in september), Kneu (40-50 in april en november), Grutto (1 in maart), Ringmus (tot 40 in december). In de winter verblijven er Wulpen (enkele tientallen; deslaap- plaats is helaas verdwenen), Slobeend (1-3), Win- 83

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1988 | | pagina 19