ion: S8 de onderkant van de vleugels zo'n 40% wit. Eén juveniel was half bont en het vierde jong had hier en daar wat wit in de vleugels. Soms vlogen de Kiekendieven met z'n allen hoog boven de boomtop pen, gejaagd door de wind die in de loop van de middag aanwakkerde tot windkracht 6, Dan weer zweef den ze achter elkaar boven de rietkraag zodat ik ze met de kij ker goed kon zien. Van fotografe ren kwam met die wind niet veel meer en rond een uur of drie brak ik mijn kampement maar weer op. De laatste dag dat ik de Kieken dieven gezien heb was op vrijdag 21 juli 1989. Ik moest toen ech ter al een paar uur wachten tot ze in het gebied terugkeerden. De kring wordt natuurlijk elke dag wijder. Toen verbleven ze nog slechts een uur in de buurt van hun oude nestplaats en daarna werden ze niet meer in deze buurt Vogelbescherming maakt zich sterk om de achteruitgang van de vogelstand te keren, zowel nationaal als internationaal. Vogelbescherming heeft uw steun nodig. Wordt nu lid en u redt tal loze vogellevens en hun leefmilieu. Ja, ik geef mij op als lid en ontvang 6x per jaar het tijdschrift VOGELS of jeugdtijdschrif 't VOGELAARTJE (tot 16 jaar). lid f 35,- per jaar jeugdlid (20,- per jaar hr/mw adres postcode plaats VOGELBESCHERMING Antwoordnummer 1974 3700 WB Zeist gezien, Vel heb ik nog een terug melding gekregen van leden van onze vogelwerkgroep die de jonge vogels hebben waargenomen op 19 augustus 1989 in het Verdronken land van Saeftinghe tijdens het tellen van aantallen Bruine Kie kendieven op hun vaste slaap plaatsen aldaar. Op 24 september 1989 is een van de bonte exem plaren nog gezien in Saeftinghe. Hij was aan het jagen en vloog richting binnenland. Deze waar neming toont aan dat de Bruine Kiekendiefjongen nog geruime tijd in de streek blijven hangen. Al met al een sensationeel geval van partieel albinisme dat bij de Bruine Kiekendief, bij mijn weten althans, niet in Nederland is waargenomen. Bouke Grootjans, Schuberthof 15 4536 AL Terneuzen. A onderkant vogel 1 B bovenkant vogel 2 C bovenkant vogel 1 12

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1990 | | pagina 12