I
J"
Na deze voor de boom zo
moeilijke periode is hij er
weer behoorlijk bovenop geko
men, de groei nam weer snel
toe. Opmerkelijk is echter dat
de groei op oudere leeftijd,
b.v. na zijn honderste ver
jaardag nauwlijks afnam, wat
bij de meeste bomen toch wel
een normaal beeld is. De boom
was dus nog erg vitaal en had
nog zeer lange tijd meegekund.
Het zou interessant zijn om in
de toekomst meer van derge
lijke groeicurven te maken.
Per boomsoort zou uiteindelijk
een gemiddelde curve samen
gesteld kunnen worden. Bij
analyse kan dan de afzondei
lijke curve vergeleken worden
met de gemiddelde. Op deze
wijze kan dan beter bepaald
worden of dalen en pieken
veroorzaakt worden door het
weer of door plaatselijke
omstandigheden. Het onderzoek
wordt echter bemoeilijkt dooi
dat je uiteraard geen bomen
kunt omzagen voor onderzoek.
Verder zijn veel oude bomen
van binnen verrot of hol zodat
veel gegevens verloren zijn
gegaan.
Het optekenen van het levens
verhaal van deze oude Veldiep
is een eerste aanzet tot meer
van dergelijk onderzoek binnen
Zeeuws-Vlaanderen.
Met dank aan Jaap Poortvliet
voor het beschikbaar stellen
en het vervoer van de 60 kilo
zwaarwegende stamschijf.
0O
iaarri'oal>r«eai:«.
Per déceonia.
Pïn mm")
(36
So
to
30
Zo
O
O
Fil2.
f s f
s J; s s 3 x-ct/
Stam dUameber per
Cio Cm)
72