Methode Broedvogelonderzoek vindt plaats middels territorium- kartering. Dit gaat kort beschreven als volgt. In het veld wordt tijdens elk bezoek een vaste route gelopen waarlangs alle in het gebied aanwezige vogels kunnen worden waargenomen. Tijdens het bezoek wordt de aan wezigheid en het gedrag van alle in het gebied aanwezige vogels met behulp van bepaalde tekens op een gede tailleerde kaart ingetekend. Als op het eind van het seizoen alle gegevens van één bepaalde vogelsoort op één kaart zijn verzameld ontstaan daarop groepjes van tekens. Omdat elk paar vogels als regel in het eigen territorium blijft, staat elk groepje tekens op de kaart voor zo'n territorium. Of het paar werkelijk heeft ge broed, doet in deze optiek niet ter zake. Ze waren gedu rende het broedseizoen aanwezig. Het is natuurlijk wel zo dat als in een gebied geen jongen worden voortge bracht de soort, al is het na een aantal jaren, ver dwijnt. De gehanteerde methode is gestandaardiseerd (Hustings et al 1985). Wat is een biotoop? In een bepaald gebied komt niet zomaar een willekeurige verzameling aan vogels voor. Het voorkomen van een soort is afhankelijk van het biotoop. Kluten bijvoorbeeld broeden altijd in de onmiddellijke nabijheid van ondiep water en kale grond. In het ondiepe water zoeken ze naar voedsel en op de kale grond broeden ze. Verdwijnt een van beide dan verdwijnt ook de Kluut. Een geschikt biotoop is voor een soort van levensbelang. Er zijn daarentegen ook soorten die in verschillende biotopen kunnen leven. De karakteristieke soorten in een gebied zijn over het algemeen aan één biotoop gebonden. Dergelijke soorten noemt men kritisch. In een gebied met een variatie aan biotopen kunnen meer soorten leven dan in een gebied met weinig variatie. Over het algemeen worden gebieden met veel variatie hoog gewaardeerd. Dit wil echter niet zeggen dat een gebied met een beperkte variatie geen waarde heeft. Behalve variatie spelen ook zeldzaamheid en omvang een rol. Van het landschappelijk gezien eenvormige Saeftinghe zijn beide nu juist het kenmerk. Het kenmerk van de Riemens- kreekjes is variatie. Echter, als het waterpeil zou worden verlaagd, krijgen we meer biotoop van een soort waar we al veel van hebben: landbouwgrond. Met als gevolg dat kritische soorten uit het gebied verdwijnen. 55

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1991 | | pagina 9